Paragrafen

1. Weerstandsvermogen en risicobeheersing

1. Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Terug naar navigatie - 1. Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Weerstandsvermogen wordt in het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) beschreven als: “de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt, of kan beschikken, om niet begrote kosten te dekken”. Het weerstandsvermogen bestaat uit een incidenteel en een structureel deel, waarbij het incidentele deel het vermogen is om onverwachte incidentele tegenvallers op te vangen zonder dat dit van invloed is op de huidige bedrijfsvoering. De middelen die dit bepalen zijn: het vrij besteedbare deel van de algemene reserve, en het vrij besteedbare deel van (bestemmings-) reserves waarvan de bestemming nog kan worden gewijzigd. Het structurele deel is het vermogen om onverwachte tegenvallers structureel op te vangen zonder beïnvloeding van de uitvoering van bestaande taken. De middelen hiertoe worden gevormd door (onbenutte) belastingcapaciteit en geraamde onvoorziene uitgaven. Het weerstandsvermogen wordt berekend door gecalculeerde risico's in mindering te brengen op de vrij besteedbare middelen en/of reserves. Het weerstandsvermogen geeft, rekening houdend met in de programmabegroting 2017 geprognotiseerde jaarresultaten, het volgende beeld:

Structureel weerstandsvermogen

Het structureel weerstandsvermogen is bestemd voor tegenvallers als gevolg van autonome ontwikkelingen en calamiteiten waarvoor geen budget aanwezig is. Structurele tegenvallers dienen uiteindelijk structureel uit het begrotingsresultaat te worden gefinancierd. Het is toegestaan om gedurende een aantal jaren een bestemmingsreserve in te zetten. Het structureel weerstandsvermogen van de gemeente Papendrecht is:

Toelichting:

  1. Budget onvoorziene uitgaven

    Voor onvoorziene uitgaven is jaarlijks € 100.000 beschikbaar.

  2. Onbenutte belastingcapaciteit

    Gemeenten mogen gezamenlijk de opbrengsten van de onroerende zaakbelasting (OZB) jaarlijks met maximaal 1,97% verhogen (landelijk gemiddelde). Deze zogeheten macronorm geldt voor de onroerende zaakbelasting en is een macro-plafond dat is ingesteld om te forse lokale lastenstijgingen te voorkomen. In de Programmabegroting 2017 van Papendrecht is de totale OZB-omvang aangepast met 1,2% inflatie. De onbenutte belastingcapaciteit (het gat tussen de 1,2% en 1,97%) bedraagt € 40.000 met structureel effect. Om de onbenutte belastingcapaciteit van de OZB op termijn te bepalen is gebruik gemaakt van de berekeningswijze OZB-tarief van het rijk voor toelating tot artikel 12. Daarmee wordt de maximale verhoging berekend, voordat de artikel 12 status van toepassing kan worden. Op termijn is sprake van een onbenutte belastingcapaciteit van € 1.000.000. Overige belastingen zijn 100% kostendekkend.

  3. Rente-effect aanwending van alle reserves

    De gemeente Papendrecht heeft ultimo 2022 (algemene en bestemmings-)reserves voor € 38 miljoen. Het aanwenden van reserves heeft een ongunstig effect op het renteresultaat. Bij aanwending neemt de financieringsbehoefte toe en stijgen de rentelasten, dit kan leiden tot een nadeel van circa € 0,8 miljoen.

    Incidenteel weerstandsvermogen

    De stand van de reserves na resultaatbestemming bedraagt per 1-1-2017 circa € 34,9 miljoen. Hiervan is € 25,7 miljoen vrij besteedbaar. Dit betreft de algemene risico reserve, de vrije reserve en specifieke risico reserves. Het risico wordt gecalculeerd op € 13,8 miljoen. Het incidenteel weerstandsvermogen komt uit op € 11,9 miljoen (voor de berekening zie tabel).

    Toelichting van de risico's

    Risico’s grondexploitatie

    De risico’s van de grondexploitaties zijn voor de jaarrekening in kaart gebracht. Ten opzichte van 2015 is het risico op de grondexploitaties afgenomen van € 5,5 miljoen naar € 2,7 miljoen (zie paragraaf grondbeleid). Gelet op de onzekere economische ontwikkelingen wordt als maatregel voor de beheersing van het risico op de grondexploitaties een reserve aangehouden ter grootte van het financiële risico.

    Risico's Noordoevers transformatie zone

    De Risicoreserve Noordoevers wordt in lijn met besluitvorming aangehouden op het maximum risico. Hiermee zijn de risico’s bij de grondexploitatie Noordoevers afgedekt.

    Risico's erfpachtgronden

    De fabriekslocatie van Fokker aan de Industrieweg wordt door de gemeente in erfpacht uitgegeven. Om het risico op waardedaling op te vangen wordt een deel van de erfpachtcanon gereserveerd.

    Risico's deelnemingen

    De gemeente loopt bij de deelneming Fabriek Slobbengors CV en de financiering van het woon-zorgcomplex van Rivas een financieringsrisico. Het risico-aandeel in de rentevergoeding wordt ter afdekking van dit risico gestort in de risicoreserve deelnemingen.

    Risico's frictie personeel

    Dit betreft het risico op deze frictiekosten bij (re) organisaties als gevolg van lokale en regionale ontwikkelingen. De gemeente is aangaande ww-verplichtingen eigen risicodrager. Daarnaast brengt de begeleiding van medewerkers van werk naar werk ook kosten met zich mee. Het risico voor 2017 en latere jaren wordt berekend op circa € 0,9 miljoen.

    Risico's verbonden partijen sociaal domein

    Dit betreft het risico dat de gemeente loopt op alle publieke verbonden partijen die gelieerd zijn aan het sociaal domein. Dit betreft de SDD, de Soj, DG&J en Drechtwerk. Verbonden partijen hebben, omdat de gemeenten dienen als achtervang, zelf beperkt weerstandvermogen. Het overige deel wordt bij gemeenten gereserveerd. Voor bepaling van het risico is uitgegaan van de paragraaf weerstandvermogen en risicobeheersing uit de jaarstukken 2016 en/of de begroting 2018 van deze verbonden partijen. Uitgangspunt is dat de risico's op termijn binnen de normale bedrijfsvoering van de verbonden partijen worden opgevangen.

    Risico’s overige verbonden partijen

    Dit betreft het risico dat de gemeente loopt op alle publieke verbonden partijen die niet zijn gelieerd aan het sociaal domein. Doordat gemeenten dienen als achtervang hebben verbonden partijen zelf beperkt weerstandvermogen. Gemeenten moeten voor het overige deel lokaal middelen reserveren. Uitgegaan is van de paragraaf weerstandvermogen en risicobeheersing uit de jaarstukken 2016 en/of de begroting 2018 van deze verbonden partijen. Deze risico's zijn vermeld in onderstaand overzicht.

    Risico's Vennootschapsbelasting

    Vanaf 1 januari 2016 zijn gemeenten VPB-plichtig. In 2016 zijn mogelijke financiële effecten geïnventariseerd. De verwachting is dat de gemeente over 2016 geen belasting verschuldigd is. In 2017 zal samen met een fiscalist dit nader worden onderbouwd. De belastingplicht zal jaarlijks opnieuw bepaald worden.

    Risico's afgegeven gemeentegaranties

    De gemeente staat per 31 december 2016 voor in totaal € 77,9 miljoen garant (zie paragraaf Financiering). Hiervoor zijn voldoende zekerheden gesteld, waardoor het risico relatief beperkt is.

    Risico's overig

    Dit betreft onder andere negatieve bijstelling van het gemeentefonds, schadeclaims, lagere rijksbijdrage decentralisaties sociaal domein en wijziging in (fiscale)wetgeving.

     

     

    Beoordeling weerstandscapaciteit

    Voor de beoordeling van de weerstandscapaciteit gaat het om een beoordeling van de relatie tussen het beschikbare weerstandsvermogen en het, aan de risico's gerelateerde, benodigde weerstandsvermogen. Voor de hoogte en samenstelling van het weerstandsvermogen zijn geen landelijke normen en richtlijnen vastgesteld. De normen voor het weerstandsvermogen worden door de raad vastgesteld. Een gangbare norm is het hanteren van een beoogde weerstandsratio (= weerstandsvermogen gedeeld door risico’s) van tussen de 1 en 1,5. Met een weerstandsratio van 2 of hoger is het weerstandsvermogen goed tot uitstekend te noemen. Uitgangspunt is om voor risico's, waarvoor geen specifieke reserve is gevormd uit te gaan van een ratio van 1,5 met een ondergrens van 1,0. Voor risico's waar wel een specifieke reserve voor is gevormd is een ratio van 1,0 voldoende. De gemeentelijke weerstandsratio voor algemene risico's bedraagt 3,4. In onderstaande tabel is de berekening opgenomen.

    Gewenste omvang Algemene risicoreserve

    De algemene risicoreserve moet uitsluitend gezien worden als weerstandsvermogen. Uitgaande van de ratio van 1,5 en een algemeen risico van € 4,9 miljoen komt de gewenste omvang van de algemene reserve uit op € 7,4 miljoen. In onderstaande tabel is de berekening opgenomen.

    De stand van de Algemene risico reserve bedraagt per 31-12-2016 € 7,4 miljoen en is toereikend om de risico's af te dekken.

    Conclusies

  • Voor concrete risico’s zijn specifieke reserves benoemd en is de omvang inzichtelijk.
  • Het incidentele weerstandsvermogen is om eenmalige tegenvallers te financieren. Met een omvang van € 25,7 miljoen per ultimo 2016 en in samenhang met de huidige risico’s van € 13,8 is het weerstandsvermogen toereikend. Daarbij moet worden aangetekend dat nog niet alle risico’s kwantificeerbaar zijn.
  • Voor algemene risico´s bedraagt de weerstandsratio 3,4.

    Financiële kengetallen

    In lijn met de wijziging van het BBV zijn in deze paragraaf relevante financiële kengetallen opgenomen. Deze kengetallen geven zicht op de financiële positie van de gemeente en bieden de mogelijkheid om gemeenten onderling te vergelijken. Daarmee dragen deze kengetallen bij aan de controlerende en kaderstellende taak van de gemeenteraad. De financiële kengetallen worden vanaf de Begroting 2017 meerjarig gepresenteerd en zijn gebaseerd op prognoses.

    Netto schuldquote

    De netto schuldquote en de solvabiliteitsratio geven een goed inzicht in de schuldpositie van de gemeente. Met de netto schuldquote worden de totale schulden afgezet tegen het totaal aan baten van de gemeente. In de VNG-uitgave "Houdbare Gemeentefinanciën" is aangegeven dat wanneer de schuld lager is dan de gemeentelijke jaaromzet (<100%) dit als voldoende kan worden beschouwd.

    Solvabiliteitsratio

    De solvabiliteitsratio laat zien welk deel van het bezit van de gemeente wordt bekostigd met eigen vermogen. Hierbij geldt hoe hoger het percentage hoe beter het is. In de VNG-uitgave "Houdbare Gemeentefinanciën" is aangegeven dat gemiddeld de solvabiliteitsratio zich begeeft tussen de 30% en 70%. Bij een solvabiliteitsratio tussen 20% en 30% springt het stoplicht op oranje en bij een percentage van <20% heeft een gemeente zijn bezit zwaar belast met schuld.

    Aandeel grondexploitatie

    Met het aandeel grondexploitaties wordt aangeven hoe de boekwaarde van de in exploitatie genomen gronden zich verhoudt tot de totale baten van de gemeente. Hoe lager het percentage hoe beter.

    In onderstaande grafiek is het verloop van deze kengetallen weergegeven.

    Naast bovenstaande kengetallen wordt ook inzicht gegeven in de structurele exploitatieruimte (- = tekort) en de belastingcapaciteit. De structurele ruimte laat zien welk deel van het begrotingsresultaat reëel is. De belastingcapaciteit laat zien hoe de woonlasten zich verhouden ten opzichte van het landelijk gemiddelde.

    Bevindingen

  • De gecorrigeerde netto schuld is in 2016 afgenomen.
  • De solvabiliteitsratio laat een stijgende lijn zien ten opzichte van de jaarrekening 2015. Dit wordt veroorzaakt doordat diverse voorzieningen (= vreemd vermogen) zijn vrijgevallen en door de toename van de reserves.
  • De gemeente heeft relatief veel gefinancierd met vreemd vermogen. Dit is te verklaren gezien het hoge voorzieningenniveau binnen Papendrecht en de recente investeringen hierin. Verder heeft de gemeente veel economische activiteiten (parkeren, sportcentrum en theater) in eigen beheer. Het financieren hiervan met vreemd vermogen is niet ongebruikelijk.
  • Het aandeel van de grondexploitatie neemt af.
  • De structurele ruimte laat voor 2016 een overschot zien.
  • De belastingcapaciteit is gelijk gebleven.

2. Onderhoud kapitaalgoederen

2. Onderhoud kapitaalgoederen

Terug naar navigatie - 2. Onderhoud kapitaalgoederen

Inleiding

In deze paragraaf wordt aangegeven wat in 2016 gerealiseerd is aan onderhoud in de openbare ruimte en aan gebouwen. De gemeente Papendrecht heeft de beschikking over een groot aantal kapitaalgoederen, zoals wegen, riolering, water, groen, civiele constructies en gebouwen. Al deze kapitaalgoederen dienen zo effectief mogelijk een bijdrage te leveren aan het doel waarvoor zij zijn aangelegd. De gemeente Papendrecht wil haar kapitaalgoederen goed onderhouden en in goede staat houden.

 

Deze paragraaf geeft de vermeldingswaardige, bijzondere en meerjarige onderhoudswerken aan. Voor alle genoemde onderdelen geldt dat naast deze genoemde inspanning een aanzienlijke inzet wordt gedaan in het reguliere onderhoud in de openbare ruimte en gebouwen. Hierbij is te denken aan het schoonhouden van onze voorzieningen, het maaien van het gras, het snoeien van de bomen en heesters, het herstellen van schade aan verhardingen riolen, groen en de afhandeling van meldingen.

 

Openbare ruimte algemeen

In het Uitvoeringsplan IBOR 2015-2020 zijn de integrale kwaliteit en de financiële middelen door de gemeenteraad vastgesteld. Daarnaast zijn verschillende oplossingsrichtingen geformuleerd (zoals omvormen groen, participatie in het groen, etc.) voor behoud van de technische kwaliteit.

 

In het Uitvoeringsplan IBOR zijn eveneens extra financiële middelen ingezet voor projecten waarbij onderhoudsachterstand is geconstateerd. Het gaat hierbij om:

Asfaltwegen                            Uitgevoerd       Reconstructie Jacob Catslaan

                                                                       Aanbrengen slijtlagen Oosteind & Bosch

Voorbereid       Reconstructie Veerweg (nabij Vondelpark)

Aanbrengen slijtlagen Westeind & Matena

Elementenverharding              Uitgevoerd       Marnixstraat e.o.

                                                                       J.R. Suurhofstraat

J.J. Vorinckstraat.

Civiele kunstwerken                Voorbereid       Vervanging 10 civiele kunstwerken

 

Riolering

Wat hebben we gedaan?

Uitvoering geven aan de samenwerkingsovereenkomst "Gemeenschappelijke Afvalwaterketen Alblasserwaard Vijfheerenlanden".

  • De grondwaterstanden worden in Papendrecht vanaf 2014 op 49 locaties gemeten. Eind 2016 is een analyse van de grondwaterstanden uitgevoerd op de meetdata van 2014 t/m 2016. Deze analyse wordt begin 2017 gerapporteerd waarbij inzicht over de grondwatersituatie wordt weergegeven en geadviseerd wordt op welke wijze hier mee om te gaan. Vervolg aanpak kan zijn:
  • Gerichte communicatie aan bewoners over mogelijke grondwateroverlast nabij woningen;
  • Gericht grondwateronderzoek op overlastlocaties of opvallend lage grondwaterstanden;
  • Nadere invulling grondwaterbeleid in het eerstvolgende GRP.
  • In 2016 is regionaal een programma van eisen voor rioolrenovatie opgesteld, aanbesteed en uitgevoerd. Bij deze wijze van rioolrenovatie wordt een kunststof kous in de rioolbuis geplaatst, waarmee de noodzakelijke reparatie is uitgevoerd. Dit is een effectieve maatregel, omdat de weg niet opengebroken hoeft te worden en de uitvoering in een kort tijdsbestek kan plaatsvinden. In totaal zijn 17 plaatselijke reparaties uitgevoerd van 1 tot 2 meter lengte, in de Geulweg is een kous van ruim 80 meter in het riool aangebracht.
  • Het signaleren van storingen van rioolgemalen was bij ieder van de negen deelnemende gemeenten in de Alblasserwaard/ Vijfheerenlanden met verschillende storingssystemen geregeld. Het doel was deze negen systemen te vervangen door één gezamenlijk systeem bij de gemeente Zederik. In 2016 is Papendrecht aangesloten op het gezamenlijke systeem.

 

Basis Rioleringsplan / Herberekening rioolmodel

Het bestaande rioolstelsel is recent doorgerekend. Het rioolstelsel als geheel voldoet aan de eisen. Voor de kritische locaties worden verbeteringsmaatregelen voorgesteld in het eerst volgende GRP.

 

Klimaatadaptatie

Een duurzame en toekomstbestendige buitenruimte betekent onder andere dat de buitenruimte klimaat adaptief is. Op projectniveau is een aantal initiatieven in gang gezet in het rioolvervangingsproject Vincent van Goghlaan e.o., waarmee de gemeente ervaring opdoet hoe in te spelen op het veranderende klimaat. Daarnaast is eind 2016 gestart met een verkenning om de invloed van klimaatadaptatie voor Papendrecht in beeld te brengen. Er is een start gemaakt met het opstellen van het plan van aanpak klimaatadaptatie. Dit met het doel tot een strategie te komen welke in het nieuwe GRP (medio 2018) een uitwerking krijgt.

 

Wat hebben we gedaan (uitvoering)?

In 2016 zijn de volgende riool werkzaamheden uitgevoerd waarbij tevens de weg- en groeninrichting worden verbeterd:

  • Eilandstraat/Havenstraat. Het asfalt van de rijbaan is aangepast in elementenverharding. Met de inrichting vindt aansluiting plaats met het materiaalgebruik van het centrum.
  • Schoolstraat. Deze werkzaamheden zijn vooruitlopend op de herinrichting van de Markt uitgevoerd.
  • Markt. De werkzaamheden bestaan uit het herinrichten van de openbare ruimte door Ruimtelijke Ontwikkeling in samenwerking met Beheer en Uitvoering. Met de inrichting vindt aansluiting plaats met het materiaalgebruik van het centrum.
  • Wieklaan 2e fase. Deze werkzaamheden sloten aan op de Molenlaan en het eerder vervangen deel van de Wieklaan.
  • Edelweisslaan. Naast de regulier werkzaamheden is nabij de kruising met de dijk de zichtbaarheid van de dijk conform de dijkvisie aangepast. 
  • Met de reconstructies Edelweisslaan, Eilandstraat/ Havenstraat en Dokter Rietveldplein is de verbetering van het riooldistrict van het "Eiland" afgerond. Aanzienlijke hoeveelheden regenwater zijn afgekoppeld, het gemengde stelsel kent nu een betere afstroming en is er een nieuwe overstort in de singel bij de Edelweisslaan aangebracht. Bij hevige regen stort hierdoor minder water in de singel, minder vervuild water wordt afgevoerd naar de zuivering en de wateroverlast bij hevige regen in de Leeuwerikstraat wordt beperkt.

 

De onderstaande riool vervangingswerkzaamheden zijn in voorbereiding genomen:

  • Goudenregenstraat
  • Walmolen
  • Vincent van Goghlaan
  • Lijsterbeshof
  • Wiardi Beckmanstraat.

 

In 2016 zijn voornamelijk in de wijk Wilgendonk rioolreiniging en -inspectie werkzaamheden uitgevoerd, in totaal circa 15 km riolering (10% van het totale stelsel). Aan de hand van deze inspecties wordt klein onderhoud uitgevoerd en wordt het vervangingsplan bijgesteld. Bij klein onderhoud worden de scheuren in de buizen gerepareerd en worden obstakels en ingroeiende boomwortels verwijderd. Door plaatselijke reparaties wordt voorkomen dat de riolering vroegtijdig in zijn geheel vervangen moet worden.

 

Renovatie rioolgemalen

In 2016 is in totaal aan 25 rioolgemalen groot onderhoud/ renovatie uitgevoerd. Hierbij zijn 23 pompen vervangen en 6 technische installaties vervangen.

 

In de wijk Oostpolder is het hoofdgemaal Bosweg gerenoveerd. Het betreft het ombouwen van het bestaande stelsel in de Oostpolder naar een gestuurd gescheiden stelsel. Hiertoe was het nodig om het huidige hoofdgemaal voor gemengd afvalwater aan de Bosweg te vervangen en uit te breiden naar één deel voor het vuilwater en één deel voor het hemelwater.

Bij een (gestuurd) gescheiden stelsel wordt het eerste vervuilde hemelwater afgevoerd naar de zuivering en het grootste deel (schoon water) wordt op het oppervlaktewater geloosd.

 

 

 

 

 

Wegen

Wat hebben we gedaan ?

In 2016 is de startnotitie voor het wegenplan door het college vastgesteld. De herziening Wegenplan is breder aangepakt in de vorm van een civieltechnisch beheerplan 2017-2021. Het beschrijft naast wegen, civiele kunstwerken, openbare verlichting, havens, straatmeubilair, verkeersregelinstallaties en waterbuspontons. Het plan beschrijft hoe, waar, wanneer en tegen welke kosten onderhoud en beheer uitgevoerd wordt om de afgesproken functies en kwaliteit in stand te houden en de leefomgeving aantrekkelijk te houden dan wel te verbeteren.

 

In 2016 is gestart met het opstellen van de Leidraad Inrichting Openbare Ruimte (LIOR). Dit is een gestructureerde verzameling van eisen en standaardoplossingen. De LIOR maakt inzichtelijk welke kaders de gemeente hanteert en bakent de speelruimte voor alle betrokkenen bij planvorming af. Bovendien wordt rekening gehouden met praktische zaken als toekomstig beheer en onderhoud. De LIOR wordt meegenomen in besluitvorming van het civiel technisch beheerplan 2017-2021.

 

Wat hebben we gedaan (uitvoering)?

Naast het regulier onderhoud en diverse IBOR projecten (apart onderdeel in deze paragraaf) zijn vervangingsprojecten uitgevoerd. Een aantal projecten komt voort uit het GRP en wordt gecombineerd met de riolering, zoals de Eilandstraat/Havenstraat, Schoolstraat, Edelweisslaan, Wieklaan fase 2 en de Markt. De Walmolen, Goudenregenstraat en Vincent van Goghlaan e.o. zijn in voorbereiding.

 

Vanuit het groot onderhoud asfaltwegen zijn de volgende asfaltprojecten opgepakt/ uitgevoerd:

·       Wieklaan fase 2.

·       Edelweisslaan: Het asfalt op de rijbaan in de Edelweisslaan is conform Actieplan Omgevingslawaai vervangen door geluid reducerend asfalt.

·       Jacob Catslaan: Vervanging asfaltconstructie rijbaan. Geluid reducerend asfalt is aangebracht conform Actieplan Omgevingslawaai.

·       Slijtlagen dijkwegen: Op het Bosch en Oosteind is een slijtlaag op het asfalt aangebracht om de levensduur te verlengen. Vooruitlopend zijn herstelwerkzaamheden in de rijbaan uitgevoerd. Werkzaamheden op Westeind en Matena zijn voorbereid.

·       Kastanjelaan fase 2: Vervanging asfalt rijbaan en opheffen hoogteverschil verkeersbrug.

·       Westkil/Noordkil: Vervanging asfalt rijbaan, opheffen hoogteverschil in rijbaan.

·       Kamerlingh Onneslaan/Willem Dreeslaan: Aanhelen asfalt voor/na duiker en verkeersbrug.

·       Kennedylaan: Vervanging geluid reducerend asfalt op rijbaan.

 

In regionaal verband vindt samenwerking plaats met betrekking tot een gezamenlijk onderhoudsbestek asfaltverharding & markering en de regionale weginspectie.

 

In 2016 heeft de uitvoering van de subsidieaanvraag Stad-Landverbinding plaatsgevonden. Met deze subsidieaanvraag is geïnvesteerd in het realiseren van fietsroutes vanuit de stad naar het groene buitengebied en is met het Fietsknooppuntennetwerk de basis gelegd voor recreatieve fietsroutes.

De uitvoering van de werkzaamheden bestond uit:

  • Herstraten voetpad Veerweg en verwijderen betonnen scheiding fiets-/voetpad (deel Scheidingslaan-Vrijheer van Eslaan, deel Burgemeester Keijzerweg- Cypressenlaan en ter hoogte van de Biezen).
  • Aanpassen aansluiting fietspad rotonde Veerweg/Kastanjelaan.
  • Aanhelen verharding fietspad ter hoogte van duikerbrug Veerweg.
  • Verwijderen graffiti onder verkeersbrug N3 (in afstemming met Rijkswaterstaat).
  • Aanbrengen bebording fietsknooppunten netwerk.
  • Herstel verharding en aanbrengen bermversteviging Matenasche Scheidkade door Waterschap.

     

    Gladheidbestrijding

    Om de wegcondities in de winterperiode voldoende te faciliteren is het gladheidbestrijdingsteam 12 maal in actie gekomen.

 

 

 

 

Groen

Wat hebben we gedaan?

Als verdiepingsslag van het Groenbeleidsplan en opvolger van het Groenplan 2013 is in 2016 de voorbereiding van het Groenbeheerplan opgepakt. Het beschrijft de wijze waarop het beheer en onderhoud van het groen wordt uitgevoerd. Het gaat hierbij zowel om regulier onderhoud en groot onderhoud als vervanging en omvorming. Uitgangspunt is het bestaande groen te behouden, de (ecologisch) kwaliteit te verbeteren, flora en fauna te stimuleren en een samenhangende groene en blauwe structuur te ontwikkelen, waarin het goed vertoeven is.

 

In samenspraak met betrokkenen vrijwilligers is de bomenverordening Groene Kaart geëvalueerd. Hierbij zijn de volgende onderwerpen besproken en is nadere uitwerking voorbereid: herplanten van bomen (juiste boom op de juiste plaats), aanwijzen van beschermde bomen en de ontheffingscriteria om tot kap over te gaan. De uitkomsten worden verwerkt in de verordening.

 

Het groen in Papendrecht is begin 2016 onderworpen aan een kwaliteitsmeting, hieruit is gebleken dat het groen een voldoende onderhoudskwaliteit heeft. Naar aanleiding van deze resultaten heeft een schouwronde plaatsgevonden met de raadsleden van de commissie ruimte, de portefeuillehouder en de betrokken ambtenaren. De meetsystematiek is buiten op diverse meetlocaties toegelicht en de aanwezigen hebben zelf de kwaliteit van het groen gemeten.
In vervolg hierop is door de raad een informele commissievergadering belegd over de beleving van het groen. Hierbij hebben enkele raadsleden aandachtspunten en 10 verbeterpunten beheer openbare ruimte gepresenteerd. Aansluitend is een presentatie verzorgd over de beeldsystematiek, het groenbeleid, groenbeheer en is informatie gedeeld over het schouwen van de openbare ruimte. Daarnaast is tijdens deze vergadering het gesprek omtrent de integrale kwaliteit van het groen en grijs, de gemaakte (beleids)keuzes en over toekomstige schouwrondes met bewoners gevoerd.

In de eerstvolgende raadsvergadering zijn de moties omtrent 10 verbeterpunten beheer openbare ruimte en operatie Steenbreek aangenomen.

 

Wat hebben we gedaan (uitvoering)?

Eind 2016 is een veiligheidsonderzoek bij de bomen uitgevoerd, jaarlijks wordt circa een derde van het bomenbestand (ruim 4.700 bomen) beoordeeld. Deze resultaten worden in 2017 verwerkt in onderhoudsplanningen voor gericht onderhoud en zo nodig wordt tot kap van bomen besloten. Sinds 2016 maakt het bosplantsoen (extensieve beplanting) ook onderdeel uit van deze inspectie in verband met de veiligheid van de hierin voorkomende grotere bomen.

 

Op 21 oktober 2015 heeft de gemeente Papendrecht het Bijenconvenant van de Bijenstichting ondertekend, daarmee is o.a. verklaard dat het onkruid op een milieuvriendelijke wijze bestreden wordt. Dit heeft vanaf 2016 op deze wijze plaatsgevonden.

 

Gezamenlijk met het Waterschap Rivierenland is het Streefbeeldenplan Stedelijk Water opgesteld. In het Streefbeeldenplan is het gewenste beeld, gebruik, onderhoud en inrichting van het stedelijke water in kaart gebracht om zodoende de (ecologische) kwaliteit, beleving, biodiversiteit, en het gebruik te optimaliseren, waar mogelijk te vergroten en te kunnen toetsen. De verschillende functies van het water zijn benoemd (natuurwater, kijkwater en gebruikswater). Deze typeringen vormen de basis voor het beheer en onderhoud van de watergang, de oever en het aangrenzende gras. Dit vertaald zich in een werkwijze om (daar waar het kan) gefaseerd te werken en oevervegetatie meerjarig te laten staan om zodoende kansen aan flora en fauna te bieden.

 

Samen met de gemeente Alblasserdam is een bestek voor het onderhoud van ruw gras en watergangen tot stand gekomen. Papendrecht heeft in dit traject de rol van projectleider op zich genomen. De werkwijze voortvloeiend uit het Streefbeeldenplan vormt de basis voor dit bestek.

 

In navolging op de landelijke tendens omtrent hemelwaterberging is op een drietal locaties (Pieter Langendijkstraat, Marnixstraat en het Vijverpark) het gazon beter waterdoorlatend gemaakt en voorzien van drainage. Op die manier kan het overtollige hemelwater (vertraagd)afgevoerd worden en kan het gras echt als gazon gebruikt worden; om te recreëren.

 

De regionale samenwerking is in 2016 geïntensiveerd, naast de regelmatige terugkerende bijeenkomsten en de bijeenkomsten omtrent het nieuwe beheersysteem zijn diverse producten gezamenlijk tot stand gekomen. Voorbeelden hiervan zijn: regionale samenwerking op het gebied van flora en fauna, raamcontract inkoop speeltoestellen en het bestek ruw gras en watergangen.

 

Integraal beheer openbare ruimte (IBOR- voorziening/begroting)

Wat hebben we gedaan?

Regulier groot onderhoud van wegen (elementenverharding) en groen worden gefinancierd uit de voorziening Integraal Beheer Openbare Ruimte (IBOR) en de begrotingspost onderhoud wegen. Deze onderhoudsmaatregelen hebben het doel om de openbare ruimte tussentijds (tussen aanleg en grootschalige vervanging) te herstellen om zo de functie in stand te houden.

 

De volgende IBOR werkzaamheden zijn in 2016 uitgevoerd:

  • Voetpad Zernikelaan: herstraten voetpad in verband met verzakking, ernstige wortelopdruk en verzakkingen.
  • Beltmolen: Omvormen beplantingsvakken naar gazon, deels vervangen beplanting. Herstel straatwerk van het voetpad en rijbaan vanwege wortelopdruk en spoorvorming.
  • Voetpad P.C. Hooftlaan: herstraten voetpad in verband met voegen tussen tegels.
  • Kerkbuurt (voetpad achter Kerk): herstraten voetpad in verband met afschuiving straatwerk.
  • Verbeteren toegang gebouw Duivenstraat Aanbrengen hellingbaan voor invaliden naar ingang Rode Kruisgebouw.
  • Andoornlaan: herstraten voetpad in verband met ernstige wortelopdruk.
  • Omvormen inritten Molenlaan: aanpassen meerdere inritconstructies in de Molenlaan vanwege losliggende tegels.
  • Voetpad Bosch: Ophogen en herstraten voetpad in verband met verzakkingen trottoir voor woningen.
  • Anjerstraat: herstraten rijbaan, herstel parkeervakken in verband met wortelopdruk. Verplaatsen bomen naar gazon.
  • Fietspad Platanenlaan: herstraten fietspad in verband met losliggende tegels door wortelopdruk.
  • Omvormen parkeerplaats Vijzellaan: Omvormen asfaltverharding op parkeerplaats naar elementenverharding in verband met gaten asfalt en wortelopdruk. Omvormen beplanting naar gazon.
  • Noordkil (verzakking straatwerk bij tuinmuren, voetpad): Ophogen voetpad langs onderheide tuinmuren in verband met forse zetting en wegspoeling zand onder tuinmuren. Herstraten voetpad in verband met wortelopdruk.
  • Voetpaden park NH wiel: Herstraten fietspad in verband met verzakking straatwerk en ernstige wortelopdruk.
  • Rembrandtlaan (rijbaan en integraal project): Herstraten rijbaan in verband met wateroverlast. Herstraten fiets- en voetpad, omvormen beplanting naar gazon.
  • De Savorin Lohmanlaan: Aanbrengen drainage, verbeteren waterdoorlatendheid en vervangen beplanting; aanpak wateroverlast veroorzaakt door de slecht waterdoorlatende bodem (klei ondergrond).

 

Openbare verlichting

Wat hebben we gedaan?

Als onderdeel van het civiel technisch beheerplan is een notitie openbare verlichting opgesteld. De notitie gaat in op de toe te passen verlichtingstechniek en LED (en daarmee energiebesparing). De notitie sluit aan op de kaders van het Uitvoeringsplan IBOR 2015-2020.
Daarnaast is een schouw van de openbare verlichting uitgevoerd naar de kwaliteit van de verlichte omgeving. De resultaten worden in de vorm van een kwaliteitskaart openbare verlichting vormgegeven. Algemeen beeld hierbij is dat de verlichting voldoet aan haar functie. De kwaliteitskaart openbare verlichting wordt toegepast bij integrale vervangingsprojecten en bij jaarlijkse vervanging van de openbare verlichting, waarbij de verlichting (indien noodzakelijk) bijgesteld wordt.

Voor het regulier onderhoud aan de openbare verlichting heeft Papendrecht een dienstverleningsovereenkomst met Bureau OVL (openbare verlichting). Binnen de regionale samenwerking wordt samengewerkt met negen gemeenten in de Alblasserwaard Vijfheerenlanden.

De hoofdtaak is de uitvoering van het administratieve beheer en de centrale aansturing op de uitvoeringswerkzaamheden aan de openbare verlichting. Per 1 januari 2016 is de nieuw gevormde gemeente Krimpenerwaard toegetreden tot de Gemeenschappelijke regeling.

 

Ieder jaar vindt de groepsgewijze lampvervanging binnen de openbare verlichting plaats. Hierin worden de lampen voor het einde van hun levensduur groepsgewijs vervangen, juist voor het moment dat het uitvalspercentage zal gaan oplopen. Dit is effectief en levert een kwalitatief betere openbare verlichting op dan wanneer lampen alleen worden vervangen wanneer de lamp is gedoofd vanwege ouderdom. Deze werkzaamheden zijn tweede helft van 2016 uitgevoerd. Dit jaar ruim 750 lampen van de 6300 armaturen.

 

Vanuit de Dijkvisie Papendrecht wordt bij planmatige vervanging van openbare verlichting op de dijkwegen, de verlichting vervangen voor nieuwe karakteristieke dijkverlichting. Om een keuze te maken in een nieuw type armatuur, passend bij het straatbeeld, is een tijdelijke proefopstelling op het Bosch aangebracht met drie verschillende type armaturen, voor een periode van ongeveer drie maanden. De vormgeving van de nieuwe armaturen sluit beter aan op de verlichting van het centrum van Papendrecht. In mei heeft het College het nieuwe type dijkarmatuur vastgesteld. Op het Bosch zijn de nieuwe armaturen aangebracht.

 

In 2016 is de tunnelverlichting onder de N3, ter hoogte van de J.R. Thorbeckesingel vervangen in duurzame LED verlichting. De armaturen zijn aangepast in meer vandalismebestendige typen, dit vanwege vandalisme bij de jaarwisseling 2015/2016.

 

Met een Europese aanbesteding heeft Bureau OVL namens de aangesloten gemeenten het onderhoud aan de openbare verlichting aanbesteed. De werkzaamheden zijn gegund aan Heijmans Wegen B.V. deze zullen de komende vier jaar de onderhoudswerkzaamheden aan de openbare verlichting uitvoeren.

 

In het landelijke Energieakkoord is een 20% energiebesparing bij openbare verlichting in 2020 afgesproken. Gemeente Papendrecht heeft, in samenwerking met Bureau OVL, zich aangemeld voor de jaarlijkse monitoring voor energiebesparing. De gegevens worden tevens gepubliceerd via de Klimaatmonitor. In Papendrecht zijn 447 armaturen met LED verlichting aanwezig (ruim 7%).

 

In 2016 is voorbereiding in gang gezet voor het vervangingsplan OVL 2017. De vervanging betreft de armaturen op de Burgemeester Keijzerweg, Jan Steenlaan en Randweg, waarbij de huidige 125 armaturen (met hoog vermogen) wordt vervangen voor LED- verlichting. De uitvoering staat in 2017 gepland.

 

Civiele constructies (zoals bruggen en duikers)

Wat hebben we gedaan (uitvoering)?

Dit jaar zijn 32 bruggen geïnspecteerd. Deze inspectiegegevens zijn ingevoerd in het beheersysteem. Daarnaast heeft digitalisering plaatsgevonden van de inspectieresultaten van 2012-2015.

 

Tijdens een inspectie aan de keermuren bij de Onderslag (grond kerende metselwerkwanden welke zich tussen de garages bevinden) zijn bij twee keermuren verzakkingen en scheuren vastgesteld. In vervolg op deze inspectie heeft constructief onderzoek plaatsgevonden. Hierbij is vastgesteld dat de muren instabiel zijn en daardoor onvoldoende veilig. De beide keermuren zijn na veiligstelling afgebroken en opnieuw opgebouwd met aanvullende verankering.

 

Onderhoudswerkzaamheden aan civiele constructies hebben plaatsgevonden aan:

  • Brugleuningen vervangen bruggen De Markt en Van der Palmstraat,
  • Vloerherstel bruggen Hazelaarhof, Standerdmolen en vlonder Vijverpark,
  • Boom verwijderd uit betonnen keermuur Beatrixplantsoen,
  • Bevestigingsbouten vervangen vloer loopbrug Burgemeester Keijzerweg,
  • Conserveren leuningen bruggen Achterdijk-Park Wilgendonk, Margriethof en Scheidingslaan
  • Conserveren beton op fietsbrug N3 en betonreparatie verkeersbrug Margriethof-Kastanjelaan.

 

In 2016 heeft een aanbesteding plaatsgevonden voor vervanging van tien civiele objecten. Bij vervanging van objecten staat de functionaliteit van het object ter discussie. In november is door de gemeenteraad besloten de voetbrug bij de Zernikelaan te verwijderen. Het verwijderen van het bruggetje en het aanpassen van het voetpad is eind 2016 uitgevoerd.

 

Speelruimte

Wat hebben we gedaan ?

Realiseren van een openbare ruimte waarin kinderen en jongeren zich kunnen ontwikkelen tot jongvolwassenen die later op een positieve manier invulling kunnen geven aan hun eigen leven en een bijdrage kunnen leveren aan de gemeenschap. Veilige speelplekken met speelwaarde die is afgestemd op de behoefte van de kinderen in de directe omgeving.

 

Wat hebben we gedaan (uitvoering)?

Uitvoering van het speelruimtebeleid in 2016. Aanpassingen met betrekking tot jaarschijf 2016 zijn uitgevoerd. Uitvoering van participatie en aanpassingen wijken Oostpolder en De Kooy. Conform geldend speelruimtebeleid.

 

Water en baggeren

Wat hebben we gedaan (uitvoering)?

Conform het onderhoudsplan baggeren vijvers & watergangen. Dit jaar zijn de sloten langs de Jacob Catslaan, achterzijde Oltmanstraat, achterzijde Westeind en in het Park Slobbegors uit gebaggerd.

 

In 2016 is onderhoud en vervanging van beschoeiingen langs de watergangen Veerweg, Grondmolen en Tiendweg uitgevoerd.

 

Als voorbereiding op onderhoud aan duikers, heeft een grootschalige inspectie aan circa 85 duikers (en duikerbruggen) plaatsgevonden. In 2016 zijn op basis van deze inventarisatie herstelwerkzaamheden uitgevoerd aan 22 duikers. Aansluitend zijn 17 duikers gereinigd omdat deze voor een groot deel waren dichtgeslibd.

 

Waterbuspontons

Wat hebben we gedaan (uitvoering)?

Het onderhoud waterbuspontons vindt plaats in samenwerking met de Drechtsteden. In 2016 heeft plaatselijk herstel van de coating plaatsgevonden aan de drie waterbuspontons.

 

Havens

Wat hebben we gedaan? (uitvoering)?

Naast de reguliere werkzaamheden in de havens is de voorbereiding voor het baggeren van de Schaarhaven en de Kooihaven opgestart.

 

Gebouwen

Wat hebben we gedaan?

Voor circa vijfendertig panden en vijf woningen die in eigendom van de gemeente zijn, is voor het jaarlijkse onderhoud een onderhoudsvoorziening ingericht. Over een voortschrijdende planperiode van tien jaar wordt per jaar een begroting uitgewerkt. Op grond hiervan wordt een gemiddelde storting bepaald en op de betreffende panden verantwoord.

 

Wat hebben we gedaan (uitvoering)?

In 2016 is de meerjaren onderhoudsplanning geactualiseerd.

 

 

Parkeergarages

Wat hebben we gedaan (uitvoering)?

Parkeergarage De Meent

LED - verlichting

Circa 450 stuks TL- buizen zijn vervangen door energiezuinige LED verlichting. Tevens zijn armaturen bijgeplaatst, op plaatsen welke te donker waren. Gestart is met een proefopstelling met drie kleurnuances witte LED verlichting. De keuze bestond hierbij uit warm wit, geelwit en fel wit. Naast de technische beoordeling is aan diverse bezoekers hun mening gevraagd, waarna gekozen is om warm wit aan te brengen. De aanpassing levert een energiebesparing op, omdat het vermogen van de verlichting van 56W naar 23W is gedaald. Na vier jaar heeft deze investering zich terugverdiend.

 

Gecoate vloer

Aan de hand van een schouw van de gecoate vloer zijn slijtplekken, scheurtjes en putjes geconstateerd. Plaatselijke herstelwerkzaamheden zijn uitgevoerd, zodat de gecoate vloer weer een aantal jaar mee kan. Daarnaast is de inkomende - en uitgaande hellingbaan voorzien van een nieuwe beschermlaag. Om de overlast voor bezoekers en bewoners tot een minimum te bepreken, is het herstel zoveel mogelijk buiten de openingstijden (weekend) uitgevoerd. Begin 2017 worden aansluitende herstelwerkzaamheden (aanbrengen van gele zebravlakken op de nieuwe beschermlaag) uitgevoerd.

 

Luifelconstructie

Bij natte weersomstandigheden kan water op de "rolband" komen. Om dit te beperken liggen bij de ingang droogloopmatten. Desondanks gebeurt het dat bezoekers uitglijden op de loopband. Om de regeninslag te beperken heeft Next Real Estate (beheerder winkels) ter plaatse van de ingang een glazen luifel geplaatst.

 

Parkeergarage De Overtoom

LED - verlichting

De circa 100 stuks TL- buizen op het tussendek zijn vervangen door energiezuinige LED verlichting.

De verlichting van dit tussendek voldeed niet aan de gestelde eisen. Ook zijn enkele armaturen vervangen.

In de parkeergarage is de verlichting van het bovendek aangepast. De lampen in de hoge masten zijn vervangen door energiezuinige LED verlichting. Daarnaast zijn bewegingssensoren aangebracht. Dit levert energiebesparing op omdat de lampen niet onnodig blijven branden.

 

Elektrische laadpalen

Wat hebben we gedaan (uitvoering) ?

In 2016 zijn zes elektrische laadpalen in de openbare ruimte geplaatst. Inmiddels staan 25 elektrische laadpalen in de openbare ruimte, daarnaast staan in de parkeergarages twee elektrische laadpalen.

 

 

3. Financiering

3. Financiering

Terug naar navigatie - 3. Financiering

Algemeen

In deze paragraaf wordt door het college verantwoording afgelegd over de uitvoering van het beleid op het gebied van treasury. Hierbij wordt ingegaan op de manier waarop de gemeente met het aantrekken en uitzetten van geldmiddelen, zowel op korte als op langere termijn, is omgegaan. Tevens worden de risico’s in beeld gebracht en eventuele genomen maatregelen om deze risico’s te beheersen vermeld.

 

De advisering over en de uitvoering van de gemeentelijke financieringstaken wordt verzorgd vanuit het Servicecentrum Drechtsteden (SCD). Besluitvorming over de financiering blijft bij de gemeente behalve als het specifiek gemandateerd is. De toedeling van de bevoegdheden (wie autoriseert, wie voert uit) is vastgelegd in het gemeentelijke Financieringsstatuut. Conform de in het Financieringsstatuut opgenomen bepalingen heeft gedurende 2016 regelmatig ambtelijk voortgangsoverleg plaatsgevonden tussen gemeente en het SCD over de uitvoering van de financieringsfunctie. In dit overleg wordt één van de belangrijkste gespreksonderwerpen gevormd door de liquiditeitenplanning met een planperiode van vijf jaar. Het doel van deze planning is om zicht te krijgen op de meerjarige financieringsbehoefte, speciaal wat betreft de kasstromen die voortvloeien uit diverse gemeentelijke grondexploitaties en het investeringsplan.

 

Economische ontwikkelingen

Het jaar 2016 kan wat betreft de renteontwikkelingen worden samengevat als bijzonder. Tikte de 10-jaars IRS in het begin van het jaar nog bijna de 1% aan, in augustus was deze gedaald tot bijna 0,25%. In de laatste maanden van het jaar begon de nervositeit op de kapitaalmarkt toe te nemen. Oorzaak hiervan waren vooral de Amerikaanse verkiezingen. Dit leidde tot een stijging in de laatste maanden van het jaar tot een percentage van ongeveer 0,65%. De rente op de geldmarkt was als gevolg van de ECB-maatregelen zeer constant.

 

Onder de huidige marktomstandigheden blijft het uitgangspunt bij het aantrekken van vermogen, de kasgeldlimiet zoveel mogelijk optimaal te benutten en kort te financieren. De financieringsfunctie van de gemeente dient uitsluitend de publieke taak. Zij voert een prudent beleid binnen de kaders die zijn gesteld in de Wet financiering decentrale overheden (Wet fido).

 

De ontwikkeling van de rente gedurende 2016 kan als volgt worden weergegeven:

 

 

Bedacht moet worden dat, indien een langlopende lening daadwerkelijk wordt opgenomen, er thans opslagen gelden bovenop het IRS-tarief zoals hierboven weergegeven. Voor een 10-jaars lening bedroeg dit eind 2016 circa 0,30 procentpunt.

 

Wettelijke ontwikkelingen

Vernieuwing Besluit Begroting en Verantwoording (BBV)

Het jaar 2016 stond in het teken van het toewerken naar een met ingang van 2017 van kracht geworden vernieuwd BBV. In 2014 heeft een door de VNG ingestelde adviescommissie een rapport uitgebracht over de vernieuwing van het BBV. In 2015 zijn de adviezen uitgewerkt en de voorgestelde benodigde wijzigingen gepubliceerd. Dit heeft geleid tot een wijzigingsbesluit vernieuwing BBV dat op 17 maart 2016 is gepubliceerd. De wetswijziging is van toepassing vanaf begrotingsjaar 2017. Eén van de belangrijkste wijzigingen betreft het toerekenen van rente vanaf 2017.

 

Evaluatie Schatkistbankieren

Eind 2013 is het verplicht schatkistbankieren ingevoerd. Daarbij heeft de Minister van Financiën aan de Eerste Kamer toegezegd dat vóór 2018 een evaluatie van de wet wordt uitgebracht. Als basis daarvoor is in het najaar van 2016 door het Agentschap van het Ministerie van Financiën een enquete uitgezet over het gebruik en ervaringen met schatkistbankieren.

 

Relatiebeheer

De Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) is huisbankier van de gemeente Papendrecht.

Naast de BNG houdt de gemeente een rekening aan bij de ING en bij de Rabobank.

 

Financiering

In 2016 is een lening van € 10 miljoen gestort. Deze overeenkomst voor een fixe lening van 10 jaar met een rentepercentage van 2,438 % was reeds in juli 2014 gesloten.

De totale langlopende schuld van de gemeente Papendrecht bedroeg per 31 december 2016 € 57,6 miljoen. Dit betreft 12 leningen. De gemiddelde rente over deze leningen bedroeg per eind 2016 3,68% (2015: 3,91%).

 

Risicobeheer

De belangrijkste financiële risico’s bij de uitvoering van het treasurybeleid zijn de kasgeldlimiet, de renterisico’s en de kredietrisico’s.

Kasgeldlimiet

De kasgeldlimiet is het bedrag dat de gemeente per jaar maximaal met kort geld mag financieren. Volgens de Wet fido bedraagt deze limiet 8,5% van het totaal van de exploitatiebegroting. Gezien de omvang van de begroting 2016 (€ 84,9 miljoen) betekende dit dat de gemeente Papendrecht haar financiële huishouding voor maximaal € 7,2 miljoen met kort geld mocht financieren. In onderstaande tabel is het verloop van de gemeentelijke kortlopende middelen in 2016 ten opzichte van de kasgeldlimiet weergegeven. Uit deze tabel blijkt dat de gemeente Papendrecht de eerste twee kwartalen de kasgeldlimiet heeft overschreden, het derde kwartaal binnen de grens van de kasgeldlimiet is gebleven en het vierde kwartaal de kasgeldlimiet weer heeft overschreden. In het voorjaar van 2017 zal een langlopende lening worden gestort, waardoor deze overschrijding weer zal worden beëindigd.

Tabel 1: Verloop kasgeldlimiet 2016

 

In 2016 zijn 13 kasgeldleningen opgenomen, met een hoofdsom variërend van € 6 miljoen tot € 24 miljoen. Deze kasgeldleningen hadden allemaal een negatieve rente.

 

Renterisiconorm

De renterisiconorm heeft tot doel om binnen de portefeuille aan langlopende leningen een overmatige afhankelijkheid van de rente in een zeker jaar te voorkomen. Om dat te bereiken mag het totaal aan renteherzieningen en aflossingen op grond van deze norm niet meer dan 20% zijn van het begrotingstotaal. In 2016 bedroeg de renterisiconorm van de gemeente Papendrecht € 17,0 miljoen. Uit onderstaande berekening blijkt dat de gemeente Papendrecht in 2016 ruim binnen de renterisiconorm is gebleven.

Tabel 2: Toetsing renterisiconorm 2016

 

Kredietrisico’s

De gemeente Papendrecht loopt kredietrisico op uitzettingen (o.a. verstrekte geldleningen) en leningen waarop door haar een borgstelling is afgegeven.

 

Tabel 3: Overzicht kredietrisico’s

 

Het in bovenstaande tabel weergegeven bedrag aan uitzettingen per 31 december 2016 van € 2.959.000,- kan als volgt worden gespecificeerd:

  • Fabriek Slobbengors CV:  € 1.585.000,-
  • Rivas:  € 1.224.000,-
  • Intens BV:  € 150.000,-.

 

Daarnaast stond de gemeente per 31 december 2016 voor in totaal € 77,9 miljoen garant. Hiervan had € 67,8 miljoen betrekking op de achtervangpositie in het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (indirecte borgstelling). Gezien de rond dat fonds gebouwde zekerheidsstructuur betreft dit een relatief laag risico.

 

Het bedrag aan directe borgstellingen bedroeg per eind 2016 € 10,2 miljoen. De belangrijkste directe borgstellingen worden gevormd door:

  • HVC Alkmaar (1,46%-belang; ‘getrapt’ via GR Gevudo):  € 9,2 miljoen;
  • Stichting Oostpolderhal:  € 0,6 miljoen.

In tegenstelling tot andere jaren zijn op advies van de accountant de (indirecte) borgstellingen in de gemeenschappelijke regelingen niet meer in deze tabel opgenomen. Gemeenten zijn verplicht om eventuele tekorten van gemeenschappelijke regelingen aan te zuiveren, ongeacht de oorzaak hiervan. Dit is onderdeel van het algemene risico dat de gemeenten nemen door samen te werken, en welke in de risicobeschouwing moet worden betrokken.

 

Schatkistbankieren

Eind 2013 is het verplicht schatkistbankieren ingevoerd. Toegestaan blijft dat de gemeente 0,75% van het begrotingstotaal buiten de Schatkist mag houden, het zogenoemde drempelbedrag. Dit drempelbedrag mag als gemiddeld creditbedrag per kwartaal niet overschreden worden. In onderstaande tabel staat per kwartaal aangegeven wat het gemiddelde positieve banksaldo was. Hieruit blijkt dat in 2016 het drempelbedrag geen enkel kwartaal is overschreden.

Tabel 4: Benutting drempelbedrag Schatkistbankieren

4. Lokale heffingen

4. Lokale heffingen

Terug naar navigatie - 4. Lokale heffingen

Inleiding

De lokale heffingen vormen een belangrijke inkomstenbron voor de gemeente. Deze inkomsten worden voor het merendeel opgebracht door burgers en voor een kleiner deel door bedrijven. De heffing vindt plaats op basis van verordeningen welke door de gemeenteraad zijn vastgesteld. Deze ‘Paragraaf lokale heffingen’ geeft op hoofdlijnen een overzicht van de lokale heffingen en belastingen.

 

Lokale heffingen kunnen we onderscheiden in gebonden en ongebonden heffingen. Gebonden wil zeggen dat de besteding gerelateerd is aan een direct aanwijsbare tegenprestatie van de gemeente. Dit zijn retributies (bijvoorbeeld leges, marktgeld) of bestemmingsheffingen (bijvoorbeeld afvalstoffenheffing, rioolheffing). Deze heffingen worden verantwoord op de desbetreffende gemeentelijke programma’s en worden niet tot de algemene dekkingsmiddelen gerekend. Ongebonden lokale heffingen zijn zogenaamde zuivere belastingen. De opbrengsten hieruit kunnen door de gemeenteraad vrijelijk binnen het werkterrein van de gemeente worden ingezet. Het gaat hierbij om de onroerende-zaakbelastingen (OZB), hondenbelasting en precariobelasting. Deze heffingen zijn niet verbonden aan een inhoudelijk programma en behoren tot de algemene dekkingsmiddelen.

 

Deze paragraaf heeft betrekking op beide categorieën heffingen. In het onderstaande gaan wij in op de volgende aspecten:

  • Ontwikkelingen en rijksbeleid
  • Opbrengst gemeentelijke heffingen
  • Heffingen woonlasten (lokale lastendruk)
  • Overige lokale heffingen
  • Kwijtscheldingen

     

    Evaluatie nieuwe ontwikkelingen en rijksbeleid

     

  1. Begrenzing stijging OZB (macronorm OZB)

    Ter voorkoming van onevenredige stijging van de collectieve lastendruk heeft het Rijk een beperking ingesteld op de stijging van de OZB-tarieven: de macronorm OZB. Deze norm houdt in dat de OZB-opbrengst van alle gemeenten tezamen niet meer mag stijgen dan de trendmatige groei van het bruto binnenlands product  plus de prijsontwikkeling. Voor 2016 resulteert dit in een macronorm van - in beginsel - 2,7%. Echter, in 2015 is de norm met 43,5 miljoen euro overschreden.  Deze overschrijding is in mindering gebracht op de norm voor 2016 die daarmee uitkomt op 1,57%.

    Dit heeft voor onze gemeente op dit moment geen (nadelige) financiële gevolgen.

    Uit meerdere onderzoeken is gebleken dat de macronorm geen effectief instrument is om de lastenontwikkeling te beheersen. Immers, als één of enkele gemeenten hun tarieven meer verhogen dan de norm dan worden andere gemeenten - die zich wel aan de norm hebben gehouden - 'gestraft' met een korting op het gemeentefonds dan wel een lagere OZB-norm voor het volgende belastingjaar.

    Diverse keren - voor het laatst in 2015 - is onderzoek uitgevoerd naar uitbreiding van het gemeentelijk belastinggebied. Dit zou deel uitmaken van een grotere belastingherziening. Er bleek echter (nog) onvoldoende politiek draagvlak te zijn voor de herziening. Daarom is de macronorm voor 2016 en ook voor 2017 gehandhaafd.

     

  2. Ontwikkelingen in de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ)

    In 2016 heeft omtrent de Wet WOZ een aantal belangrijke ontwikkelingen plaatsgevonden.

    Gemeenten zijn met ingang van 2016 WOZ-beschikkingen gaan toesturen aan huurders van woningen. Dit hangt samen met wijzigingen in het woningwaarderingsstelsel (WWS). De WOZ-waarde speelt in het WWS een grotere rol bij het bepalen van de maximale huurprijs. Dit is voornamelijk het geval bij huurwoningen in de gereguleerde sector. Gevolg van het voorgaande is dat er tegengestelde belangen kunnen ontstaan en het mogelijk is geworden voor burgers en ook bedrijven bezwaar te maken tegen een te lage WOZ-waarde.

    Ook zijn in 2016 de WOZ-waarden van woningen openbaar geworden. Iedereen kan via een loket voor openbare WOZ-waarden deze WOZ-waarden inzien. Dit geldt niet voor WOZ-waarden van niet-woningen, zoals bedrijven, kantoren etc.

  3. Precariobelasting van nutsnetwerken

 Op 21 februari 2017 heeft de Tweede Kamer een wetsvoorstel aangenomen waarmee wordt geregeld dat gemeenten geen   precariobelasting van netwerken van nutsbedrijven, zoals kabels en leidingen, meer kunnen heffen. Papendrecht heeft zich sterk gemaakt via een lobby om een overgangstermijn te bepleiten voor gemeenten die over 2016 precariobelasting inden. Hier hebben zich steeds meer partijen aan verbonden. Uiteindelijk heeft dit geresulteerd in een overgangstermijn van vijf jaar, waarbij en de tarieven voor die vijf jaar worden 'bevroren' op het tarief dat gold op 10 februari 2016. Op 21 maart 2017 is het wetsvoorstel, na instemming van de Eerste kamer, definitief geworden.

 

Gemeentelijke belastingopbrengsten (bedragen x € 1.000,-)

Onderstaande tabel is een overzicht van de gerealiseerde opbrengsten over 2016 en, ter vergelijking, 2015. Wij merken op dat de verschillen tussen de verantwoording 2015 en 2016 geen indicatie geven van de stijging of daling van de tarieven, maar van de totale opbrengst. Factoren zoals ontwikkelingen in de WOZ-waarde en areaaluitbreiding spelen bij de onroerendezaakbelastingen een belangrijke rol. Meer of minder afgegeven omgevingsvergunningen kunnen de opbrengst leges sterk beïnvloeden.

 

Overzicht inkomsten die op basis van vastgestelde belastingverordeningen zijn gegenereerd (x € 1.000)

 

  1. Heffingen woonlasten (lokale lastendruk)

    Tot de woonlasten worden de OZB, afvalstoffenheffing en rioolheffing gerekend. De woonlasten vormen het grootste deel van de opbrengst uit de gemeentelijke heffingen en daarmee grotendeels de lokale lastendruk.

     

    In de volgende tabel wordt over de laatste vijf jaren de ontwikkeling van de woonlasten weergegeven. De OZB is berekend op basis van de geactualiseerde gemiddelde woningwaarde.

     

     

    Bij de berekening van de woonlasten is uitgegaan van een eigen woning die wordt bewoond door een gezin. De gemiddelde woningwaarde is de basis voor berekening van de aanslag OZB. Deze waarde is berekend naar de peildatum 1 januari van het voorgaande jaar. De WOZ-waarden 2016 zijn dus berekend naar de waarde peildatum 1 januari 2015. De gemiddelde WOZ-waarden zijn ontleend aan de geactualiseerde gegevens uit de WOZ-administratie. Uit bovenstaande tabel kan worden geconcludeerd dat de woonlasten in onze gemeente in 2016 met 3,4% zijn gestegen.

     

    Onroerendezaakbelasting (OZB)

    De onroerendezaakbelasting (OZB) is na de Algemene Uitkering uit het gemeentefonds de belangrijkste inkomstenbron voor de gemeente. Deze heffing bestaat uit een eigenarenbelasting voor zowel woningen als niet-woningen en een gebruikersbelasting voor niet-woningen (bedrijven, enz.). De opbrengst vloeit naar de algemene middelen van de gemeente. De gemeenteraad bepaalt de tarieven en daarmee de door belastingplichtigen te betalen belasting. De heffingsgrondslag is de waarde van de onroerende zaak. Deze wordt vastgesteld op basis van de Wet waardering onroerende zaken (WOZ). Voor de WOZ-waarden 2016 gelden de WOZ-waarden met als waarde peildatum 1 januari 2015. Sinds 2009 is de verschuldigde OZB een percentage van de waarde van de onroerende zaak.

     

    De volgende tabel geeft weer hoe de OZB-tarieven zich in de afgelopen jaren hebben ontwikkeld.

     

     

    Uitgangspunt bij het bepalen van de tarieven 2016 was de raming 2015. Bij vaststelling van de tarieven is, naast de beleidsuitgangspunten voor 2016, rekening gehouden met de ontwikkeling van de WOZ-waarden. Bij een waardedaling, zoals t/m 2015 het geval was, moest het tarief met een vergelijkbaar percentage verhoogd worden om een gelijkblijvende OZB-opbrengst te realiseren. Bij een waardestijging daarentegen moet het tarief worden verlaagd voor een gelijkblijvende opbrengst. Anders gezegd: bij gemiddeld 2% stijging van de WOZ-waarden moet het tarief met ca. 2% worden verlaagd om een gelijkblijvende opbrengst te verkrijgen.

     

    Afvalstoffenheffing

    Afvalstoffenheffing wordt geheven ter dekking van de kosten voor het inzamelen en verwerken van huishoudelijk afval. Uitgangspunt is dat dit kostendekkend gebeurt.

     

    De tarieven hebben zich de afgelopen jaren als volgt ontwikkeld:

     

     

    Rioolheffing

    De rioolheffing is een vergoeding ter dekking van kosten die gemeenten maken voor het rioolstelsel. Ook de kosten van de nieuwe wettelijke watertaken, zoals zorgplicht voor stedelijk afvalwater, hemelwater en structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand kunnen hiermee bekostigd worden. Uitgangspunt is dat de tarieven kostendekkend zijn.

     

    Het verloop van de tarieven in de afgelopen jaren is als volgt:

     

    Papendrecht heft uitsluitend van eigenaren van panden. Bepalend daarbij is de situatie van 1 januari. Het tarief is een vast bedrag per aansluiting.

     

     

    Vergelijking andere gemeenten

    Om inzicht te krijgen in het algemene verloop van de hoogte van de woonlasten is het goed een vergelijking met andere gemeenten en het landelijke gemiddelde te maken. De woonlasten kunnen worden vergeleken met de andere Drechtstedengemeenten.

    Deze vergelijking is gebaseerd op de actuele gegevens van de Digitale Atlas van de lokale lasten 2016 op www.coelo.nl en geeft de woonlasten van een meerpersoonshuishouden weer. De woonlasten in 2016 in Alblasserdam, Dordrecht, Hendrik-Ido-Ambacht, Papendrecht, Sliedrecht en Zwijndrecht laten zich samenvatten in onderstaand schema (x € 1).

     

  2. Overige lokale heffingen
  • Hondenbelasting

In de Gemeentewet is bepaald dat gemeenten een belasting mogen heffen op het houden van honden. Hondenbelasting is een zuivere belasting die, net als de onroerendezaakbelasting, naar de algemene middelen van de gemeente vloeit. Deze belasting is in onze gemeente met ingang van 2017 afgeschaft.

  • Precariobelasting

Precariobelasting wordt geheven voor het hebben van voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond. Het is een zuivere belasting, ofwel een ongebonden heffing. Door de controle gaat van deze belasting ook een regulerende werking op het gebruik van de openbare ruimte uit. De opbrengst is sterk afhankelijk van wisselende activiteiten in de openbare buitenruimte. Papendrecht heeft het gebruik van gemeentegrond niet geregeld in een verordening precariobelasting, maar kent een privaatrechtelijke tarieventabel.

Wel heft onze gemeente met ingang van 2016 precariobelasting over kabels en leidingen van nutsbedrijven in gemeentegrond. Voorheen was dit niet mogelijk omdat dit was geregeld middels concessieovereenkomsten.

  • Lijkbezorgingsrechten
  • Leges
  • Parkeerbelastingen
  • Marktgeld
  • Havengelden
  • Kadegelden

     

  • Toeristenbelasting

    In 2016 is het eerste jaar dat er toeristenbelasting is geheven. De aanslag toeristenbelasting is afhankelijk van het aantal werkelijke overnachtingen. De aangifte van deze belasting vindt in 2017 plaats.

     

  1. Kwijtscheldingen

    Als een belastingplichtige wegens financiële omstandigheden niet in staat is een belastingaanslag geheel of gedeeltelijk te betalen, kan gehele of gedeeltelijke kwijtschelding worden verleend. De regels voor het toekennen worden bepaald door de rijksoverheid. Deze regels komen erop neer dat kwijtschelding mag worden verleend aan belastingplichtigen die een inkomen hebben dat niet hoger is dan 90% van de bijstandsnorm. Gemeenten mogen hier in die zin van afwijken, dat deze inkomensgrens wordt verruimd naar 100% van de bijstandsnorm. Onze gemeente hanteert de 100%-norm, wat betekent dat inwoners met een inkomen op bijstandsniveau in beginsel voor kwijtschelding in aanmerking komen. Wel vindt een vermogenstoets plaats.

    Een groot deel van de kwijtscheldingen is geautomatiseerd getoetst. Het doel hiervan is om zo de administratieve lasten voor de burger te verminderen.

    Gemeenten mogen wel zelf bepalen voor welke belastingen kwijtschelding wordt verleend. Er kan in Papendrecht kwijtschelding worden aangevraagd voor:

  • Afvalstoffenheffing
  • Leges gereserveerde invalidenparkeerplaats

     

    De volgende tabel geeft weer hoeveel kwijtschelding voor 2016 is geraamd en verleend.

     

5. Grondbeleid

5. Grondbeleid

Terug naar navigatie - 5. Grondbeleid

Algemeen

Het grondbeleid van de gemeente Papendrecht is ondersteunend aan het ruimtelijk beleid zoals dat onder andere in de Structuurvisie, de Dijkvisie, de Visie op het Groen-Blauwe Netwerk en diverse andere regionale en lokale sectorale visies wordt benoemd. Formeel kent Papendrecht een actief grondbeleid om de doelstellingen uit deze visies te realiseren. In de praktijk is sturing via grond in Papendrecht beperkt. Vrijwel de gehele gemeente is volgebouwd en er is nog slechts één, relatief kleine, uitleglocatie in ontwikkeling. De gemeente heeft, in vergelijking met andere gemeenten, relatief weinig grond in eigendom en er wordt niet actief aangekocht. Een randvoorwaarde bij het grondbeleid is namelijk dat er geen onaanvaardbaar maatschappelijk en/of economisch risico gelopen wordt. Het voornemen is om het Grondbeleid in 2017 te actualiseren.

Bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen gaat het niet meer om grote uitleggebieden maar om herontwikkeling binnen bestaand stedelijk gebied. Dat betekent automatisch dat er veel meer belanghebbenden zijn met ook nog eens een grotere diversiteit aan belangen. Ontwikkelingen zijn daardoor complexer, vragen meer (ambtelijke) inzet en de uitkomsten zijn minder zeker. Meer en meer wordt gebruik gemaakt van 'anterieure overeenkomsten' waarmee op voorhand kosten verhaald kunnen worden op particuliere initiatiefnemers. 

De woningmarkt is in 2016 zeer sterk verbeterd en er is veel belangstelling voor bouwprojecten. Een aantal al langer lopende woningbouwprojecten (Aalscholver, De Hoogt, Markt van Matena, Land van Matena) is in een stroomversnelling gekomen en als het sentiment op de woningmarkt nog even zo aanhoudt zullen deze projecten binnen afzienbare tijd afgerond kunnen worden. Qua planning is er  veel vertraging ontstaan door de bestuurlijke discussie over de hoogspanningsleidingen.

In 2015 kwamen er na lange tijd weer tal van nieuwe initiatieven uit de markt op ons af en dat is in 2016 alleen maar toegenomen. Zelf lokt de gemeente projecten uit door voor sommige locaties schetsen op te stellen voor mogelijke ontwikkelingen. Vaak gaat het om locaties waar de gemeente zelf grond of verouderd vastgoed in eigendom heeft maar waar alleen in samenwerking met naastliggende eigenaren resultaat geboekt kan worden. Maar net zo goed gaat het ook om locaties waar de gemeente geen grond in eigendom heeft.

De beperkte hoeveelheid grond in eigendom maakt dat de financiële risico's overzichtelijk zijn. In 2016 zijn de risico's afgenomen omdat er meer zekerheid is ontstaan over de realisatie van de projecten en omdat risico's zoals de hoogspanningsleidingen geconcretiseerd zijn en zodoende geen risico meer zijn. De financiële risico’s in grondexploitaties manifesteren zich voor de gemeente vooral bij het complex Centrum en het complex Land van Matena. Deze risico’s kunnen opgevangen worden binnen de hiervoor aangelegde Risicoreserve grondexploitaties.

Werkwijze

In het kader van de wijzigingen in het BBV is in 2016 het vastgoed dat onderdeel uitmaakte van de grondexploitaties afgezonderd. De gemeente heeft, om de ontwikkelingen in het centrum mogelijk te maken, een aantal panden aangekocht waardoor bouwgrond ter beschikking kwam. Nu de Centrumplannen vrijwel gereed zijn hebben deze panden geen functie meer in de grondexploitatie. In de reguliere P&C-cyclus zal separaat gerapporteerd worden over de Vastgoedportefeuille.

Meerjarenperspectief Grondexploitaties

De exploitatieberekeningen worden jaarlijks herzien. Enerzijds wordt teruggeblikt op de daadwerkelijke  inkomsten en uitgaven ten opzichte van de ramingen, anderzijds wordt vooruitgekeken. Door middel van taxaties worden de ingeschatte opbrengsten opnieuw gewaardeerd en de ramingen voor de nog uit te voeren werkzaamheden worden geactualiseerd. Ook wordt gekeken naar de fasering en de looptijd van het project en worden de parameters voor rente en inflatie opnieuw beoordeeld. Voor de berekening van de financieringslasten werd in 2016 uitgegaan van een rentepercentage van 1,91 bij een positieve boekwaarde (uitgaven groter dan de inkomsten) en negatieve boekwaarde (inkomsten groter dan uitgaven). Voor de doorkijk worden de percentages gehanteerd conform de richtlijnen van het BBV. Bij de jaarrekening is het percentage uitgekomen op 1,63%.

 

Niet in exploitatie genomen gronden

Strategische grondaankopen zijn opgenomen bij de materiële vaste activa.

In exploitatie genomen gronden

Jaarlijks worden de exploitatieberekeningen van complexen geactualiseerd. Voor complexen waar een tekort wordt verwacht, wordt een voorziening gevormd. In de onderstaande tabel is een prognose van het totaal in exploitatie genomen gronden opgenomen. Het totaal verwachtte resultaat bedraagt, conform verwachting, afgerond € 31 miljoen negatief.

Verloop van het totaal van in exploitatie genomen gronden

Winstneming

Bij complex Aalscholver en complex Sportcentrum is winst genomen.

Risicobepaling en -reserve grondexploitaties

In lijn met de nota grondbeleid worden risico’s in de grondexploitatie per complex geïnventariseerd. Van deze risico’s wordt een inschatting gemaakt hoe groot de kans is dat een bepaald risico zich voordoet. Uitgangspunt bij het bijstellen van de exploitatieberekening is, dat risico’s waarvan de kans dat het zich voordoet groter dan of gelijk is aan 50% volledig worden verwerkt in de exploitatieopzet van het betreffende complex. Door een ambtelijke werkgroep is de risicoanalyse uitgevoerd. Risico’s worden situationeel beoordeeld, en afhankelijk van het ingeschatte risico, voorzien van een wegingsfactor. Voor deze wegingsfactor wordt 10%, 20%, 30% en 40% gehanteerd. Het totaal gewogen risico (risicobedrag x kans) is berekend op € 2,7 miljoen. Indien de risico's daadwerkelijk optreden is de Risicoreserve Grondexploitaties beschikbaar om deze op te vangen. Het saldo van de Risicoreserve bedraagt € 5.5 miljoen. De risicoreserve komt daarmee boven het noodzakelijke niveau.

De tekorten in de grondexploitaties Land van Matena en Centrum zijn toegenomen met € 1,8 miljoen. Dit bedrag kan afgedekt worden uit de risicoreserve.  Daarnaast kan de risicoreserve met € 0,9 miljoen afnemen. Dit bedrag wordt toegevoegd aan de vrije voorziening.

Meerjarenbegroting 2017- 2023

De budgetten van de grondexploitatie zijn onderdeel van de gemeentebegroting. In de onderstaande tabel is een specificatie per kostensoort opgenomen van de verwachte uitgaven en inkomsten.

Totaal grondexploitaties per 1-1-17


 

6. Verbonden Partijen

6. Verbonden Partijen

Terug naar navigatie - 6. Verbonden Partijen

Inleiding

De uitvoering van een aantal gemeentelijke taken is overgedragen aan verbonden partijen. De gemeente ervaart een duidelijke meerwaarde van samenwerking met deze partijen. Met behoud van eigen karakter en identiteit zal continuering van regionale samenwerking plaatsvinden. Hoewel de gemeente de taken niet meer zelf uitvoert, blijft zij hiervoor wel verantwoordelijk.

Uitgangspunt is dat verbonden partijen een bijdrage leveren aan het gemeentelijk beleid. Waar verbonden partijen betrokken zijn bij de uitvoering van de speerpunten uit het collegeakkoord wordt hier extra op toegezien. Uiteraard wordt hierbij wel gekeken naar de mate van invloed. Waar de gemeente relatief weinig invloed heeft wordt minder gestuurd. Hierdoor kan de (ambtelijke) capaciteit gerichter worden ingezet op verbonden partijen waar invloed groter is. In 2017 wordt een nota verbonden partijen aan u voorgelegd, waarin de inzet per verbonden partij wordt geduid.

Verbonden partijen zijn rechtspersonen waarin de gemeente een bestuurlijk en een financieel belang heeft. Het financiële belang bestaat uit de middelen die aan de verbonden partij beschikbaar zijn gesteld en die niet verhaalbaar zijn bij een faillissement van de verbonden partij, dan wel uit een bedrag waarvoor aansprakelijkheid bestaat indien de verbonden partij haar verplichtingen niet nakomt. Het bestuurlijk belang verwijst naar hetzij de zeggenschap uit hoofde van vertegenwoordiging in bestuur, hetzij uit hoofde van stemrecht. Hieronder wordt een opsomming gegeven van dergelijke samenwerkingsverbanden:

 

 

Deze paragraaf geeft inzicht in de betrokkenheid van de gemeente Papendrecht bij door verbonden partijen uit te voeren taken en processen. Vanwege de vaak aanmerkelijke bestuurlijke en financiële belangen blijft inzicht in en effectieve sturing op deze verbonden partijen gewenst. Voor de beleidsmatige ontwikkelingen wordt verwezen naar de betreffende programma’s.

Zoals gebruikelijk wordt per verbonden partij volgens de stoplichtenmethode in beeld gebracht welke risico's de gemeente loopt in haar financiële, informatieverstrekkende en bestuurlijke relatie met de verbonden partij. Ook algemene omstandigheden, bijvoorbeeld ‘jonge’ regeling, worden meegewogen. Indien er geen opmerking over het risico is, is het stoplicht groen. Kunnen enkele opmerkingen gemaakt worden, kleurt het stoplicht oranje. Mocht de relatie met de verbonden partij risicovol zijn dan is het stoplicht rood. De risico's van de verbonden partijen zijn nader toegelicht in de paragraaf Weerstandsvermogen.

Door het ontvangen van een lagere algemene uitkering van het Rijk (samen de trap af) zijn de budgetten van de verbonden partijen gekort. Deze is niet in de gemeentelijke cijfers verwerkt op basis van richtlijnen toezicht provincie. Taakstellingen mogen alleen worden meegerekend als haalbaarheid kan worden aangetoond.

In tabel 1 is een overzicht opgenomen van de bijdragen aan de gemeenschappelijke regelingen 2016. In de tabel wordt ook inzicht verschaft in de overige verbonden partijen.

 

Tabel 1

Gezien de omvang en de diversiteit van de verschillende onderdelen binnen de Gemeenschappelijke Regeling Drechtsteden (GRD) is in tabel 2 een nadere detaillering van de bijdrage per dienst weergegeven.

 

Tabel 2

 

 

 

 

 

 

1.

 

Gemeenschappelijke Regeling Drechtsteden

 

Vestigingsplaats

 

 

Dordrecht/Sliedrecht/Zwijndrecht

Rechtsvorm

Gemeenschappelijke regeling

 

Onderdelen

 

·      Bureau Drechtsteden, Servicecentrum Drechtsteden (SCD), Sociale Dienst Drechtsteden (SDD), Ingenieursbureau Drechtsteden (IBD);

·      Gemeentelijke Belastingdienst Drechtsteden (GBD); Sliedrecht

·      Onderzoekscentrum Drechtsteden (OCD): Zwijndrecht.

 

Doel

1.  Drechtsteden heeft tot doel, binnen de kaders als genoemd in en voortvloeiend uit deze regeling, draagvlak te creëren voor een evenwichtige ontwikkeling van het gebied.

2.  Ter verwezenlijking van de in het vorige lid genoemde doelstelling behartigt Drechtsteden, met inachtneming van de autonomie van de deelnemende gemeenten, de gemeenschappelijke regionale belangen op de volgende terreinen:

a.     Economie en bereikbaarheid (economie, grondzaken, bereikbaarheid, recreatie en toerisme)

b.    Fysiek (volkshuisvesting, wonen, ruimtelijke ontwikkeling en ruimtelijk beheer, milieu, water, groen, publieke infrastructuur, beheer basisregistraties en verkeersveiligheid)

c.     Sociaal (sociale zekerheid en -ontwikkeling, sociale werkvoorziening, kennisinfrastructuur, sport en cultuur)

d.    Bestuurlijke ontwikkeling en grotestedenbeleid

e.     Staf- en ondersteunende diensten en de bedrijfsvoering

f.     Sociaal-geografisch onderzoek

g.    De uitvoering van de belastingheffing en -invordering.

3.  Naast de in het tweede lid genoemde belangen heeft Drechtsteden als doelstelling zorg te dragen voor:

a.     de efficiënte en effectieve heffing en invordering van belastingen, voor de heffing en invordering waarvan de gemeenteraden van de gemeenten belastingverordeningen en kwijtscheldingsregels hebben vastgesteld, elk voor zover het hun gebied betreft

b.    de uitvoering van de WOZ waaronder tevens wordt begrepen de administratie van vastgoedgegevens en het verstrekken van vastgoedgegevens aan de deelnemers en derden, elk voor zover het hun gebied betreft

 

Openbaar belang

 

Het in algemene zin behartigen van regionale belangen op het terrein van:

economie en bereikbaarheid (economie, grondzaken, bereikbaarheid, recreatie en toerisme), fysiek (volkshuisvesting, wonen, ruimtelijke ontwikkeling en ruimtelijk beheer, milieu, water, groen en publieke infrastructuur), sociaal (sociale zekerheid en - ontwikkeling, sociale werkvoorziening, kennisinfrastructuur, sport en cultuur), bestuurlijke ontwikkeling en grotestedenbeleid, staf- en ondersteunende diensten en de bedrijfsvoering, sociaal-geografisch onderzoek, uitvoering van de belastingheffing en -invordering.

 

Financieel belang

 

De gemeente betaalt jaarlijks afhankelijk van het onderdeel en de activiteit een bijdrage. Verwezen wordt naar de tabellen 1 en 2 bijdragen gemeenschappelijke regelingen.

 

Bestuurlijk belang

 

Vertegenwoordiging door wethouder A.J. van Eekelen in het Drechtstedenbestuur. Daarnaast heeft elke fractie van de gemeenteraad een lid aangewezen, die namens de gemeente Papendrecht zitting heeft in de Drechtraad.

Deelnemende partijen

Alblasserdam, Dordrecht, Hendrik-Ido-Ambacht, Papenrecht, Sliedrecht en Zwijndrecht.

 

Kerncijfers

 

 

 

 

 

Jaarresultaat 2016

€ 1.790.000

 

 

 

 

31-12-2016

31-12-2015

 

 

Eigen vermogen

5.468.000

6.183.000

 

 

Vreemd vermogen

60.736.000

85.251.000

 

 

Begrotingsresultaat

- € 700.000 (voor bestemming)

€ 652.000 (voor bestemming)

 

 

 

 

Relatie met programma

 

1. Samenleving

2. Ruimte

3. Bestuur en regio

4. Algemene dekkingsmiddelen

 

Achtergrondinformatie

 

 

In 2016 is de opgelegde meerjarige taakstelling uitgewerkt en ingevuld. Daarnaast is de een eerste aanzet gedaan voor aanpassing van de trap op trap af systematiek. In de P&C cyclus van de Drechtsteden is een tweetal nieuwe instrumenten toegevoegd, naast de Jaarrekening en de Primaire begroting, die vooral financieel van aard zijn. Het Kompas, waarin wordt terug gekeken op de inzet van het voorgaande jaar en de Perspectiefnota waarin wordt vooruit gekeken. Deze instrumenten zijn vooral bedoeld om de Drechtraad meer inhoudelijk mee te nemen.

Aandachtspunten blijven de risico's met betrekking tot:

·         Inkomensondersteuning (WWB)

·         zaak- en archiefsysteem: vervanging van het Mozaiek systeem.

 

Eind 2015 heeft de Drechtraad besloten om de gemeente Hardinxveld-Giessendam toe te laten treden tot de Gemeenschappelijke Regeling Drechtsteden. In 2017 zal de feitelijke inbedding van Hardinxveld-Giessendam verder worden voorbereid. Deze toetreding zal uiterlijk 1 januari 2018 vorm krijgen.

 

Kleur stoplicht

 

 

Oranje

 

Website

 

www.drechtsteden.nl

(vergaderstukken van de Drechtraad zijn op de site raadpleegbaar).

 

             

 

 

 

 

 

2.

 

Gemeenschappelijke Regeling Dienst Gezondheid & Jeugd Zuid-Holland Zuid

 

Vestigingsplaats

 

 

Dordrecht

 

Rechtsvorm

 

Gemeenschappelijke regeling

 

Onderdelen

 

Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Zuid-Holland Zuid (GGD), Bureau Leerplicht en Voortijdig Schoolverlaten (BLVS), Serviceorganisatie Jeugd, Regionale Ambulancevoorziening.

 

Doel

 

Het samenwerkingsverband heeft tot taak, vanuit het beginsel van verlengd lokaal bestuur, en met inachtneming van hetgeen in deze regeling is bepaald, een bijdrage te leveren aan het behartigen van gemeenschappelijke belangen van de deelnemende gemeenten, teneinde een evenwichtige en voorspoedige ontwikkeling in het gebied te bevorderen.

 

De behartiging van belangen geschiedt door het bepalen van de hoofdlijnen van gewenste ontwikkelingen door middel van sturing, ordening, integratie en in voorkomende gevallen uitvoering ter zake van de taakvelden publieke gezondheid, onderwijs en jeugd.

 

Openbaar belang

 

 

Het in algemene zin behartigen van belangen op het terrein van volksgezondheid, jeugd, onderwijs en welzijn.

 

Financieel belang

 

Voor de bijdrage in de gemeenschappelijke regeling wordt verwezen naar tabel 1 - Bijdragen gemeenschappelijke regelingen.

 

Bestuurlijk belang

 

Vertegenwoordiging in het algemeen bestuur door wethouder J. R. Reuwer-Verheij.

 

Deelnemende partijen

 

Alblasserdam, Binnenmaas, Cromstrijen, Dordrecht, Giessenlanden, Gorinchem, Hardinxveld-Giessendam, Hendrik-Ido-Ambacht, Korendijk, Leerdam, Molenwaard, Oud-Beijerland, Papendrecht, Sliedrecht, Strijen, Zederik en Zwijndrecht.

 

Kerncijfers

Jaarresultaat 2016

€ 748.000

 

 

31-12-2016

31-12-2015

Eigen vermogen

4.945.000

4.694.000

Vreemd vermogen

47.044.000

29.287.000

Begrotingsresultaat

€ 950.000

(voor bestemming)

€ 0

(voor bestemming)

 

 

Relatie met programma

 

1. Samenleving

 

 

 

 

 

Achtergrondinformatie

 

Op het gebied van de bedrijfsvoering zijn binnen de Dienst Gezondheid en Jeugd verdere stappen gezet in de kwaliteit van de budgettering en toerekening van kosten en baten naar de programma's. Dit heeft tot een vergrote transparantie in de begroting en mogelijkheden geleid voor sturing op de beschikbare budgetten.

 

Begin 2016 is de uit het dekkingsplan voorvloeiende organisatieaanpassing afgerond. De meeste acties uit het verbeterplan zijn inmiddels uitgevoerd en is ook een nieuwe directeur benoemd.

 

De Serviceorganisatie Jeugd heeft geen weerstandsvermogen/reserves. Via de tweede bestuursrapportage 2016 wordt aangegeven, dat het resterende risico 2016 € 1,6 miljoen bedraagt. De oorspronkelijke risico inventarisatie omvatte een risico van € 5,0 miljoen. De Serviceorganisatie geeft verder aan, dat de facturatie bij de geleverde zorg achterblijft, wat de sturing bemoeilijkt en een negatieve impact heeft op de voorspelbaarheid van de financiën.

 

 

 

Kleur stoplicht

 

 

Rood

 

 

Website

 

 

www.dienstgezondheidjeugd.nl

 

 

 

 

3.

 

Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid

 

Vestigingsplaats

 

 

Dordrecht

 

Rechtsvorm

 

Gemeenschappelijke regeling

 

Doel

 

De regeling wordt getroffen ter ondersteuning van de deelnemers bij de uitvoering van hun taken op het gebied van het omgevingsrecht in het algemeen en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht in het bijzonder, alsmede de taken op het terrein van vergunningverlening, handhaving en toezicht op grond van de in artikel 5.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht genoemde wetten.

 

Openbaar belang

 

Veiligheid, gezondheid, duurzaamheid en leefbaarheid.

 

Financieel belang

 

Voor de bijdrage in de gemeenschappelijke regeling wordt verwezen naar tabel 1 - Bijdragen gemeenschappelijke regelingen.

 

Bestuurlijk belang

 

Gemeente wordt in het algemeen bestuur door wethouder C. Koppenol vertegenwoordigd. Op voordracht van de colleges van de gemeenten Alblasserdam, Hendrik-Ido-Ambacht, Papendrecht, Sliedrecht en Zwijndrecht vertegenwoordigt de heer A. Kraijo, wethouder uit Alblasserdam, de Drechtsteden in het dagelijks bestuur. 

 

Deelnemende partijen

 

Alblasserdam, Binnenmaas, Cromstrijen, Dordrecht, Giessenlanden, Gorinchem, Hardinxveld-Giessendam, Hendrik-Ido-Ambacht, Korendijk, Leerdam, Molenwaard, Oud-Beijerland, Papendrecht, Sliedrecht, Strijen, Zederik, Zwijndrecht en de provincie Zuid-Holland.

 

Kerncijfers

Jaarresultaat 2016

€ 1.734.000

 

 

31-12-2016

31-12-2015

Eigen vermogen

3.125.000

1.805.000

Vreemd vermogen

4.906.000

6.085.000

Begrotingsresultaat

€ 30.000

(voor bestemming)

€ 0

(voor bestemming)

 

 

Relatie met programma

 

 

2. Ruimte

 

Achtergrondinformatie

Er is sprake van een aantal veelal (exogene) majeure inhoudelijke en bestuurlijke ontwikkelingen met financiële consequenties in de toekomst. Voorbeelden zijn de Omgevingswet, de Private Kwaliteitsborging Bouw (PKB) en het fusietraject Leerdam, Zederik en Vianen. In de paragraaf weerstandsvermogen (IV, 2) wordt uitgebreid ingegaan op mogelijke impact, kans en beheersmaatregelen.

 

In 2017 wordt een vereenvoudiging van het financieringsmodel doorgevoerd. Het nieuwe financieringsmodel vergroot de transparantie en verbetert de sturingsmogelijkheden van de opdrachtgevers.

 

Kleur stoplicht

 

 

Groen

Website

 

www.ozhz.nl

 

 

 

 

4.

 

Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid

 

Vestigingsplaats

 

 

Dordrecht

 

Rechtsvorm

 

Gemeenschappelijke regeling

 

Onderdelen

 

·      Regionale Brandweer Zuid-Holland Zuid: Dordrecht.

·      Geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen (GHOR).

·      Regionale Ambulance Voorziening Zuid-Holland Zuid (RAV) (BV).

 

Doel

 

Het openbaar lichaam heeft tot doel de brandweerzorg, de rampenbestrijding, de crisisbeheersing en de geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen met behoud van lokale verankering bestuurlijk en operationeel op regionaal niveau te integreren, teneinde een doelmatige en slagvaardige hulpverlening te verzekeren, mede op basis van een gecoördineerde voorbereiding.

 

Openbaar belang

 

Het in algemene zin behartigen van belangen op het terrein van: regionale brandweer, centrale post ambulancevervoer, geneeskundige hulpverlening, openbare orde en veiligheid.

 

Financieel belang gemeente

 

 

De gemeente betaalt jaarlijks afhankelijk van onderdeel en activiteit een bijdrage. Voor de bijdrage in de gemeenschappelijke regeling wordt verwezen naar tabel 1 - Bijdragen gemeenschappelijke regelingen.

 

Bestuurlijk belang

 

Het Algemeen Bestuur bestaat uit de burgemeesters van de deelnemende gemeenten. Burgemeester A.J. Moerkerke vertegenwoordigt de gemeente in het algemeen bestuur.

 

Deelnemende partijen

 

Alblasserdam, Binnenmaas, Cromstrijen, Dordrecht, Giessenlanden, Gorinchem, Hardinxveld-Giessendam, Hendrik-Ido-Ambacht, Korendijk, Leerdam, Molenwaard, Oud-Beijerland, Papendrecht, Sliedrecht, Strijen, Zederik en Zwijndrecht.

 

Kerncijfers

Jaarresultaat 2016

               € 2.733.000

 

 

31-12-2016

31-12-2015

Eigen vermogen

7.288.000

6.083.000

Vreemd vermogen

66.887.000

68.694.000

Resultaat Begroting

-/- € 332.000 (voor bestemming)

-/- € 590.000 (voor bestemming)

 

 

 

 

Relatie met programma

 

3. Bestuur en regio

 

Achtergrondinformatie

 

 

In de tweede bestuursrapportage 2016 spreekt de VRZHZ de verwachting uit, dat over 2016 een positief financieel resultaat van ca. € 0,6 mln wordt behaald. Dit geprognosticeerde resultaat is inclusief het opvangen van incidentele tegenvallers 2016, waaronder het individueel keuzebudget (IKB). Over 2016 heeft de VRZHZ haar bezuinigingsopgave Vernieuwde Brandweerzorg gerealiseerd.

 

Kleur stoplicht

 

Oranje

 

Website

 

www.vrzhz.nl

(vergaderstukken van het algemeen bestuur zijn op de site raadpleegbaar).

 

 



 

5.

 

Gemeenschappelijke Regeling Drechtwerk

 

Vestigingsplaats

 

 

Dordrecht

Rechtsvorm

Gemeenschappelijke regeling

 

Doel

 

Het openbaar lichaam behartigt de belangen van de gemeenten op het terrein van de sociale werkvoorziening en geeft in opdracht van de gemeenten uitvoering aan de in de wet en in deze regeling genoemde taken.

 

Openbaar belang

 

Mogelijk maken dat mensen met een arbeidshandicap kunnen werken naar vermogen.

 

Financieel belang

 

Voor de bijdrage in de gemeenschappelijke regeling wordt verwezen naar tabel 1. De algemene bijdrage per gemeente wordt bepaald op basis van het aantal geplaatste werknemers, afkomstig uit de betreffende gemeente, op 1 januari van het boekjaar.

 

Bestuurlijk belang

 

Vertegenwoordiging in het algemeen bestuur door wethouder

J.N. Rozendaal.

 

Deelnemende partijen

 

Alblasserdam, Dordrecht, Hendrik-Ido-Ambacht, Papendrecht, Sliedrecht en Zwijndrecht

 

Kerncijfers

 

Jaarresultaat 2016

-/- € 695.000

 

 

31-12-2016

31-12-2015

Eigen vermogen

€ 1.224.000

€ 2.580.000

Vreemd vermogen

€ 32.212.000

€ 39.879.000

Begrotingsresultaat

 € 0

€ 0

 

 

 

 

Relatie met programma

 

1. Samenleving

 

Achtergrondinformatie

 

Het jaar 2016 heeft in het teken gestaan van de transitie van Drechtwerk. Het streven is (onderdelen van) Drechtwerk zoveel mogelijk onderdeel te laten zijn van het reguliere bedrijfsleven. Frisfacilitair is door middel van een social joint venture per 1-1-2016 verzelfstandigd. Vanaf 1-11-2016 is het electronicabedrijf (Assembly Partner) overgenomen door een private partner. Drechtwerk Diversiteit wordt afgebouwd, en Drechtstedenactief (voormalige leerbedrijf) zal naar verwachting in 2017 in een stichtingsvorm worden ondergebracht. Voor DW Groen is afgesproken een nieuw concept te ontwikkelen dat naar verwachting vanaf 2018 in zal gaan.

Naar aanleiding van de 1e burap 2016 is aan gemeenten een extra bijdrage gevraagd van 1,8 miljoen, veroorzaakt door een verslechterd subsidieresultaat.

 

Kleur stoplicht

 

 

Oranje

Website

www.drechtwerk.nl

 

 

 

 

 

6.

 

Gemeenschappelijke Regeling Bureau Openbare Verlichting Lek-Merwede

 

Vestigingsplaats

 

 

Hardinxveld-Giessendam

 

 

Rechtsvorm

 

 

Gemeenschappelijke regeling

 

Doel

 

 

Doel is het behartigen van de gemeenschappelijke en afzonderlijke belangen van de gemeenten op het gebied van het beheren en in stand houden van de openbare verlichting van de gemeenten.

 

 

Openbaar belang

 

 

Het beheren en in stand houden van de openbare verlichting.

 

Financieel belang

 

Voor de bijdrage in de gemeenschappelijke regeling wordt verwezen naar tabel 1 - Bijdragen gemeenschappelijke regelingen. De gemeentelijke bijdrage bestaat uit een bedrag dat wordt berekend op basis van het aantal lichtobjecten, dat zich op het grondgebied van de gemeente bevindt.

 

 

Bestuurlijk belang

 

 

Vertegenwoordiging in het algemeen bestuur en dagelijks bestuur door wethouder C. Koppenol.

 

 

Deelnemende partijen

 

 

Giessenlanden, Gorinchem, Hardinxveld-Giessendam, Hendrik-Ido-Ambacht, Leerdam, Molenwaard, Papendrecht, Krimpenerwaard, Vianen en Zederik

 

 

Kerncijfers

 

Jaarresultaat 2016

€ 52.761

 

 

31-12-2016

31-12-2015

Eigen vermogen

166.000

140.000

Vreemd vermogen

86.000

60.000

Begrotingsresultaat

€ 0

€ 0

 

 

 

 

 

Relatie met programma

 

 

2. Ruimte

 

Achtergrondinformatie

-

 

Kleur stoplicht

 

Groen

 

Website

www.bureau-ovl.nl

 

 

 

 

 

 

 

7.

 

Gemeenschappelijke Regeling Vuilverwerking Dordrecht en omstreken (Gevudo)

 

Vestigingsplaats

 

 

Dordrecht

 

 

Rechtsvorm

 

 

Gemeenschappelijke regeling

 

 

Doel

 

Gevudo bezit 529 aandelen van de N.V. Huisvuilcentrale Noord-Holland te Alkmaar (HVC) en behartigt en coördineert de belangen van de deelnemende gemeenten richting HVC.

 

 

Openbaar belang

 

 

Afvalinzameling, - verwerking en straatreiniging.

 

 

Financieel belang

 

 

Gevudo is aandeelhouder in de HVC met 529 aandelen op een totaal van 2.914 (18,15%).

 

Gevudo heeft met ingang van 2015 haar gemeenschappelijke regeling aangepast, zij is nu een 'houdstermaatschappij': zij voert geen operationele taken meer uit.

 

 

Bestuurlijk belang

 

 

Gemeente wordt in het algemeen bestuur vertegenwoordigd door wethouder C. Koppenol.

 

 

Deelnemende partijen

 

Alblasserdam, Dordrecht, Giessenlanden, Gorinchem, Hardinxveld-Giessendam, Hendrik-Ido-Ambacht, Leerdam, Molenwaard, Papendrecht, Sliedrecht, Zederik en Zwijndrecht.

 

 

Kerncijfers

 

Jaarresultaat 2016

€ 0

 

 

31-12-2016

31-12-2015

Eigen vermogen

€ 30.500

€ 62.000

Vreemd vermogen

€ 528.000

€ 503.000

Begrotingsresultaat

€ 0

 

 

 

Relatie met programma

 

 

2. Ruimte

4. Algemene dekkingsmiddelen

 

Achtergrondinformatie

 

-

 

Kleur stoplicht

 

Groen

 

Website

N.v.t.

 

 

 

 

 

8.

 

Eneco Holding NV

 

Vestigingsplaats

 

Rotterdam

 

Rechtsvorm

 

Naamloze Vennootschap

 

Doel

 

Doel van Eneco is in hoofdzaak het op een betrouwbare, veilige en maatschappelijk verantwoorde wijze produceren, verkopen en leveren van energie, warmte/ koude en gassen en daaraan gerelateerde producten aan particuliere en zakelijke klanten en samenwerking en deelneming in andere rechtspersonen.

 

Openbaar belang

 

Energievoorziening

Financieel belang

 

De gemeente is aandeelhouder van minder dan 2% (0,69%) van de aandelen (verder wordt verwezen naar tabel 1).

 

Bestuurlijk belang

 

De gemeente wordt in de Algemene Vergadering van Aandeelhouders (AVA) door wethouder A.J. van Eekelen vertegenwoordigd.

 

Deelnemende partijen

 

 

http://www.eneco.com/nl/organisatie/aandeelhouders/

 

Kerncijfers

Jaarresultaat 2016

€ 199.000.000

 

 

31-12-2016

31-12-2015

Eigen vermogen

€ 5.310.000.000

€ 5.346.000.000

Vreemd vermogen

€ 4.502.000.000

€ 3.475.000.000

 

 

Relatie met programma

 

 

4. Algemene dekkingsmiddelen

 

 

Achtergrondinformatie

 

Het jaar 2016 stond voor Eneco ook in het teken van de Wet Onafhankelijk Netbeheer (WON), een wet uit 2006 die voorschrijft dat Nederlandse energiebedrijven moeten splitsen in een energie- en een netwerkbedrijf. De voorbereidingen voor de aanstaande splitsing zijn in volle gang. In een bijzondere aandeelhoudersvergadering op 30 januari 2017 is de splitsing een feit geworden. De gemeente wordt hierdoor naast Eneco Holding NV ook aandeelhouder van Eneco Groep N.V.

 

 

Kleur stoplicht

 

 

Groen

 

Website

www.eneco.com/nl

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

9.

 

Bank Nederlandse Gemeenten NV

 

Vestigingsplaats

 

 

Den Haag

 

 

Rechtsvorm

 

Naamloze Vennootschap

 

Doelstelling

 

Kredietverlening aan de publieke sector

 

Openbaar belang

 

De BNG is de bank van en voor overheden en instellingen voor het maatschappelijk belang. Met gespecialiseerde financiële dienstverlening draagt BNG bij aan zo laag mogelijke kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger. Daarmee is de bank essentieel voor de publieke taak.

 

Financieel belang

 

De gemeente Papendrecht is aandeelhouder van 6.318 aandelen. Het totaal aantal geplaatste aandelen bedraagt 55.690.720 aandelen.

 

Bestuurlijk belang

 

De gemeente wordt in de Algemene vergadering van Aandeelhouders (AVA) vertegenwoordigd door wethouder A.J. van Eekelen.

 

Deelnemende partijen

 

De BNG bank is een structuurvennootschap. Aandeelhouders van de bank zijn uitsluitend overheden. De Staat is houder van de helft van de aandelen, de andere helft is in handen van gemeenten, provincies en een hoogheemraadschap.

 

Kerncijfers

Jaarresultaat 2016

€ 365.000.000

 

 

 

31-12-2016

31-12-2015

Eigen vermogen

€ 4.486.000.000

€ 4.163.000.000

Vreemd vermogen

€ 149.514.000.000

€ 145.348.000.000

 

 

Relatie met programma

 

 

4. Algemene dekkingsmiddelen

Achtergrondinformatie

 

 

De bank is door DNB aangemerkt als nationaal systeemrelevante bank. Daardoor dient de bank als aanvulling op het minimaal vereiste kapitaal een systeemrelevantiebuffer aan te houden van 1% van de naar risico gewogen activa. Deze extra buffer wordt gefaseerd ingevoerd over de komende 4 jaar. De bank voldoet nu al ruimschoots aan de hogere eis. De lastendruk als gevolg van Europees toezicht blijft toenemen.

 

Kleur stoplicht

 

Groen

 

 

Website

 

 

www.bng.nl

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

10.

 

Oasen NV

 

Vestigingsplaats

 

 

Gouda

 

 

Rechtsvorm

 

 

Naamloze Vennootschap

 

 

Doel

 

 

Leveren van helder en betrouwbaar drinkwater

 

 

Openbaar belang

 

 

Drinkwatervoorziening

 

 

Financieel belang

 

 

De gemeente Papendrecht is aandeelhouder van 29 van de 748 aandelen (3,9%). De aandelen hebben een nominale waarde van € 455 per aandeel. Er zijn 748 aandelen geplaatst bij de gemeenten in het verzorgingsgebied van Oasen NV. Dit komt ongeveer neer op ongeveer 1 aandeel per 1.000 inwoners. De Algemene Vergadering van Aandeelhouders (AVA) bestaat uit vertegenwoordigers van aandeelhoudende gemeenten.

 

 

Bestuurlijk belang

 

 

De gemeente wordt vertegenwoordigd in de aandeelhoudersvergadering door wethouder J.N. Rozendaal. 

 

 

Deelnemende partijen

 

 

https://www.oasen.nl/over-oasen/bedrijfsstructuur/aandeelhouders

 

Kerncijfers

 

Jaarresultaat 2015

€ 3.971.000

 

 

31-12-2015

31-12-2014

Eigen vermogen

€ 94.042.000

€ 90.071.000

Vreemd vermogen

€ 143.661.000

€ 128.247.000

 

 

Relatie met programma

 

4. Algemene dekkingsmiddelen

 

Achtergrondinformatie

 

-

Kleur stoplicht

Groen

 

 

Website

 

 

www.oasen.nl

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

11.

 

Regionale Ontwikkelmaatschappij Drechtsteden

 

Vestigingsplaats

 

 

Dordrecht

Rechtsvorm

 

Binnen de ROM-D groep participeert gemeente Papendrecht direct in de:

-          naamloze vennootschap ROM-D holding (ROM-D Holding NV);

-          commanditaire vennootschap ROM-D Dordtse Kil III (ROM-D Dordtse Kill III CV).

 

Doel

 

Versterken en uitbouwen regionale economie.

 

Openbaar belang

 

Economisch belang: Versterken en uitbouwen van de regionale economie door: uitgifte van kavels, ontwikkeling van bedrijventerreinen, revitalisering van bestaande bedrijventerreinen en promotie van de regio Drechtsteden.

 

Financieel belang

 

 

De gemeente heeft een kapitaalinbreng in

- ROM-D Holding van € 150.000. 

- ROM-D Dordtse Kil III € 194.000.

Het financiële risico omvat de kapitaalinbreng van in totaal: € 344.000. Deze inbreng bestaat uit aandelen in ROM-D Holding, respectievelijk deelname in het commanditair kapitaal van ROM-D Dordtse Kil III.

 

Bestuurlijk belang

 

De gemeente Papendrecht heeft binnen de ROM-D Holding NV een aandeel van 3% en in de ROM-D Dordtse Kil III een aandeel van 2%.

 

 

Deelnemende partijen

 

 

Alblasserdam, Dordrecht, Hendrik-Ido-Ambacht, Papendrecht, Sliedrecht, Zwijndrecht, de Provincie Zuid-Holland, de BNG en Rotterdam.

 

Kerncijfers

ROM-D NV

Jaarresultaat 2015

€ 9.831

 

 

31-12-2015

31-12-2014

Eigen vermogen

€ 3.763.522

€ 3.753.691

Vreemd vermogen

€ 4.552.407

€ 4.552.224

 

ROM-D CV

Jaarresultaat 2016

€ 0

 

 

31-12-2015

31-12-2014

Eigen vermogen

€ 6.837.942

€ 6.837.942

Vreemd vermogen

€ 12.386.113

€ 11.389.318

 

 

Relatie met programma

 

 

2. Ruimte

4. Algemene dekkingsmiddelen

 

Achtergrondinformatie

 

 

Papendrecht heeft geparticipeerd in een regionale ambtelijke werkgroep die de mogelijkheden voor de doorontwikkeling van ROM-D heeft onderzocht. De werkgroep heeft input geleverd voor een nieuw ROM-D model dat zich richt op efficiëntere besluitvorming en op het stimuleren van fysiek-ruimtelijke projecten die niet door de markt worden opgepakt. Een bestuurlijke stuurgroep heeft ingestemd met het herziende model dat momenteel in de lijn wordt gebracht voor bestuurlijke goedkeuring door de gemeentelijke aandeelhouders

 

Kleur stoplicht

 

Groen

 

Website

www.rom-d.nl

 

 

 

 

12.

 

Gemeente Papendrecht Slobbengors Beheer BV

 

Vestigingsplaats

 

Papendrecht

 

 

Rechtsvorm

 

 

Besloten vennootschap

 

 

Doel

 

 

Deelnemen in een besloten vennootschap die participeert als beherend vennootschap in een commanditaire vennootschap ter exploitatie van een fabriek gelegen op het terrein Slobbengors.

 

 

Openbaar belang

 

 

Borging werkgelegenheid.

 

 

Financieel belang

 

 

Gemeente Papendrecht is aandeelhouder van 100% van de aandelen. Het financiële risico omvat de kapitaalinbreng van in totaal € 18.000.

 

 

Bestuurlijk belang

 

 

De gemeente wordt vertegenwoordigd door wethouder A.J. van Eekelen.

 

 

Deelnemende partijen

 

Papendrecht

 

 

Kerncijfers

 

Prognose 2016

-/- € 4.000

 

 

31-12-2016

31-12-2015

Eigen vermogen

€ 14.000

€ 18.000

Vreemd vermogen

€ 12.000

€ 12.000

 

 

Relatie met programma

 

 

4. Algemene dekkingsmiddelen

 

Achtergrondinformatie

 

De Gemeente Papendrecht is Slobbengors Beheer BV is aandeelhouder van beherend vennoot Fabriek Slobbengros Beheer BV. Deze Bv voert het beheer van Fabriek Slobbengors CV welke vastgoed verhuurd aan de Industrieweg aan Fokker Aerostructures BV.

 

Kleur stoplicht

 

Groen

 

Website

 

 -

 

Opm.: De financiële gegevens van de betreffende verbonden partijen zijn in de tabel opgenomen, voor zover bekend op het moment van opstellen van deze jaarrekening.

7. Bedrijfsvoering

7. Bedrijfsvoering

Terug naar navigatie - 7. Bedrijfsvoering

De bedrijfsvoering ondersteunt de uitvoering van de programma's. In deze paragraaf bedrijfsvoering worden in 2016 uitgevoerde activiteiten ten aanzien van de besturing en beheersing van het toezicht op en de verantwoording over de bedrijfsprocessen binnen de gemeentelijke organisatie beschreven.

 

Doorontwikkeling Organisatie

In 2016 is een hernieuwde start gemaakt met de doorontwikkeling van de organisatie. De doorontwikkeling is een organisch proces, waarbij langs ontwikkellijnen verandering wordt ingezet. Die verandering is breed. Het betreft externe ontwikkelingen, lerende organisatie, rolverantwoordelijkheid en gedeelde verantwoordelijkheid, kwaliteit en tot slot goed werkgeverschap. Samen met de medewerkers zijn MT-leden aan het werk gegaan om de thema's verder uit te werken. Inmiddels merken we de veranderingen in de organisatie. De doelstelling om een grote groep medewerkers te bereiken is geslaagd. Het extra budget voor organisatieontwikkeling van EUR 20.000 is besteed aan een tweetal bijeenkomsten met externe begeleiding van het MT, een bijeenkomst "Omdenken!" en diverse lunchbijeenkomsten in het kader van de ontwikkellijnen.

 

Personeel

Een brede inzetbaarheid of duurzame inzetbaarheid is belangrijk. Mede als actie naar aanleiding van de uitkomsten van de medewerkersonderzoeken zijn afdelingstrajecten gestart om onder andere de competenties van medewerkers in beeld te brengen en te richten op de maatschappelijke eisen die aan het functioneren worden gesteld. Daarbij is mobiliteit als overkoepelend belangrijk thema genoemd. Het werken aan mobiliteit in brede zin zal de komende jaren nog voldoende aandacht vragen, waarvoor de bodem in 2016 is gelegd. Alle afdelingen hebben met of zonder externe begeleiding hiervoor actie ondernomen.

 

Arbeidsmarkt

Natuurlijk zijn we zeer geïnteresseerd in de inspanningen die regionaal worden verricht om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt te helpen door het creëren van banen. Daar hebben we ook onze bijdrage aan geleverd. Eind 2016 zijn de eerste stappen gezet voor de invulling van twee garantiebanen. Daarnaast is nagedacht over de mogelijkheden om enerzijds oudere werknemers korter te laten werken en anderzijds en in samenhang daarmee ruimte te creëren om jongere medewerkers binnen te halen. In 2016 is wel heel nadrukkelijk de vraag in beeld gekomen of een generieke regeling hierbij kan helpen, of dat altijd maatwerk vereist is. Ons personeelsbestand vergrijst in een hoog tempo. Onze organisatie zit net iets onder het landelijk gemiddelde met een gemiddelde leeftijd van 47,7 jaar. Het landelijk gemiddelde voor gemeenten van onze omvang is 48,5 jaar. Onze organisatie heeft een grotere groep medewerkers die rond de zestig jaar is. Wij vinden het essentieel dat wij kunnen investeren in duurzame inzetbaarheid van ons personeel. Mensen zijn zeer verschillend. Vanuit die optiek is een algemeen beleid of een algemene maatregel ook niet de oplossing. Maatwerk en flexibele oplossingen zijn vereist. Daarbij horen ook budgettaire mogelijkheden. Daarom wordt in deze jaarrekening voorgesteld hiervoor middelen te bestemmen.

We zien ook dat de samenleving verandert en ontwikkelingen sneller gaan dan voorheen. Dat houdt in dat opdrachten veranderen, werkmethoden worden aangepast en andere competenties van medewerkers gevraagd worden. We zien ook dat opleidingen van kennisinstituten veranderen om aan die veranderende vraag tegemoet te komen. Naar onze mening houdt dit in dat we vooral ook die nieuwe kennis en nieuwe competenties in huis halen. In de praktijk betekent dit dat we jonge mensen in ieder geval tijdelijk inzetten om het leereffect groot te laten zijn. Ook daarvoor is een budget nodig om flexibel te kunnen handelen.

 

Relevante cijfers personeel:

Gemiddelde leeftijd: 47,7

Gemiddelde leeftijd mannen: 48,3

Gemiddelde leeftijd vrouwen: 47,0

Gemiddelde leeftijd vergelijkbare gemeenten: 48,5

 

In dienst 2016: 6 medewerkers

Uit dienst 2016: 13 medewerkers

 

Aantal medewerkers jonger dan 35 jaar: 27 mdw. / 13,9%

Aantal medewerkers 55+: 66 mdw. / 28,9%

(peildatum 31-12-2016)

 

Mobiliteit en brede inzetbaarheid

Met vrijwel alle medewerkers is het gesprek gevoerd over de uitvoering van de methode van Strategische personeelsplanning. Waar nodig worden op basis van de SPP-categorie gerichte acties ondernomen.

Op regionaal niveau is de toepassing van SPP gemonitord. Een van de conclusies is dat er sprake is van een toegenomen duurzame inzetbaarheid, waarbij wel aandacht wordt gevraagd voor de medewerkers met de categorie 'moet ontwikkelen'.

Eind vorig jaar is gestart met een personeelsschouw waarbij door het MT in gezamenlijkheid wordt gekeken waar de individuele mobiliteit verder gestimuleerd kan worden.

 

Een meer flexibele organisatie leidt tot een groter beroep op externe capaciteit. Dat is ook zichtbaar in het percentage inhuur. Het percentage inhuur over 2016 komt uit op 12,0%. Daarbij is gebruik gemaakt van de inhuurdefinitie die ook landelijk gebruik wordt (P-monitor). De inhuur voor onze organisatie betreft voor 75% een capaciteitsvraagstuk.

 

In het collegeprogramma is opgenomen dat de inhuur van externen zoveel mogelijk beperkt dient te worden, waarbij zoveel mogelijk wordt uitgegaan van eigen kracht. Dat wordt zoveel mogelijk uitgevoerd. We zijn echter een relatief kleine organisatie in omvang, waardoor tijdelijke knelpunten van kwalitatieve en kwantitatieve aard, niet altijd binnen de eigen organisatie of met eigen medewerkers kunnen worden opgelost. Bij invulling met eigen medewerkers ontstaat een relatief hoog risico op uitkeringslasten (eigen risicodrager). Bewust is daarom gekozen voor een slanke organisatie met een flexibele schil waarop een beroep kan worden gedaan bij specifieke deskundigheid, piekbelastingen, efficiëntere flexibele inzet, projecten en moeilijk in te vullen vacatures. Ook dat past binnen het streven om de organisatie leniger en flexibeler te maken in combinatie met een flexibele schil (coalitieakkoord). Ook wordt steeds meer gekeken naar de mogelijkheid om binnen het Drechtstedennetwerk tot (gezamenlijke) oplossingen voor inzet van personeel te komen.

 

Relevante cijfers:

Inhuurpercentage 2015: 11,2%

Inhuurpercentage 2016: 12,0 % (stijging deels verklaarbaar door hogere uitstroom dan instroom)

Vergelijkbare gemeenten 2014: 10%

Vergelijkbare gemeenten 2015: 14%

 

Arbeidsvoorwaarden

In 2016 zijn twee grote operaties uitgevoerd. Aan het begin van het jaar is uitvoering gegeven aan de invoering van een nieuw landelijk beloningshoofdstuk voor gemeentepersoneel, gericht op uniformering en vereenvoudiging. Verder is de invoering van het IKB, invoeringsdatum 1 januari 2017, voorbereid. Vooralsnog is gekozen voor een beleidsarme invoering analoog aan de toepassing die het cafetariamodel bood.

Veel inzet is gepleegd om een digitale verwerking van keuzes binnen het IKB mogelijk te maken. Daartoe zijn binnen het salaris- en personeelssysteem een verlofmodule en een module flexibele arbeidsvoorwaarden opgenomen. Begin 2016 is een nieuwe cao afgesloten met een substantiële loonafspraak van in totaal 3,4%. Verder is landelijk een start gemaakt met het in co-creatie (verder) uitwerken van een aantal specifieke onderwerpen.

 

Ziekteverzuim

Ziekteverzuimpercentage

2011

2012

2013

2014

2015

2016

Papendrecht

4,91

5,28

4,86

4,84

4,84

6,1

Vergelijkbare gemeenten

5,1

4,8

4,8

4,8

4,9

nnb

Gemeentelijke verzuim norm *

-

4,2

3,9

3,8

4,3

nnb

 

De stijging van 2015 naar 2016 zit grotendeels in de ziektecategorie langer dan 48 dagen. Een stevige onderbouwing en verklaring is pas te geven nadat de rapportage van de Arbodienst is verkregen.

 

Integriteit

Het integriteitsbeleid van de gemeente Papendrecht had in 2016 zowel aandacht voor de ambtelijke organisatie als ook de bestuurlijke integriteit. In 2016 zijn voor de raad, het college en de burgemeester gedragscodes opgesteld en zijn onderling uitvoeringsafspraken gemaakt.

Ter voorkoming van integriteitsinbreuken is in 2016 onderzoek gedaan naar kwetsbare functies binnen de organisatie. Daarnaast is de training morele oordeelsvorming verder uitgerold in de ambtelijke organisatie.

 

Huisvesting

In 2016 is hard gewerkt aan de vernieuwbouw van het gemeentehuis. Na de sloop is in juni gestart met de daadwerkelijke vernieuwbouw. Gedurende het project zijn er onverwachte en soms onvermijdelijke vraagstukken naar voren gekomen. Voorbeelden van dergelijke vraagstukken zijn loslatende dekvloeren, de vervanging van de hoofdverdeelkast en de plaatsing van een nieuwe stroomvoorziening ten behoeve van het gemeentehuis. Daarnaast is veel tijd en energie gestoken in een juridische procedure rondom de aanbesteding van het meubilair. Bij alle vraagstukken is de lijn van het college geweest om te kiezen voor de meest duurzame en toekomstbestendige variant. De gemeenteraad is via raadsinformatiebrieven in 2016 van relevante ontwikkelingen op de hoogte gehouden.

 

Informatiemanagement en ICT ondersteuning

Het nieuwe Klant-, Zaak- en Archiefsysteem heeft bij de implementatiestart vertraging opgelopen. Door een nieuwe planning te maken en zaken anders te clusteren wordt getracht de verloren tijd in te halen. Op het vlak van ICT is in 2016 zowel geïnvesteerd in een eigen informatiebeleid als in het afstemmen van het beleid op het gebied van mobile devices in relatie tot de behoefte in de organisatie. Deze behoefte is direct gerelateerd aan de mogelijkheden om plaats- en tijdonafhankelijk te werken in het flexibele huisvestingsconcept.

Ten aanzien de informatieveiligheid zijn de Drechtsteden en dus ook onze gemeente bezocht door de visitatiecommissie. Deze commissie heeft de volgende aanbevelingen gedaan:

  1. Ga verder op de ingeslagen weg en maak de vervolgstap naar een structureel beleid op het gebied van informatieveiligheid
  2. Benadruk het belang van informatieveiligheid voor politiek-urgente thema’s richting de Colleges en de Raden
  3. Systematiseer het leren; werk aan een leerprogramma
  4. Sluit tot en met stap 4 aan bij IBD
  5. Sturen op het blijven verbeteren vanuit de lijn

Daarnaast is in 2016 gewerkt aan e-bewustzijn via een digitale campagne en zijn zelfevaluaties georganiseerd.  

Communicatie

In 2016 is ingezet op nieuwe vormen van communicatie. "Een goed idee voor de wijk" betekent het ophalen van ideeën en het luisteren naar bewoners. Ook Puur Papendrecht is een vorm van anders communiceren. In 2016 zijn verder stappen gezet in webcare, het bewonerspanel is groeiend. Dit alles maakt dat communicatie van zenden steeds meer gaat naar echte dialoog tussen gemeente en samenleving.

 

Planning en control

De Planning en Control cyclus is in 2016 niet op de normale manier verlopen doordat het onderdeel Jaarrekening ernstig vertraagd was. Door (hoofdzakelijk) externe partijen konden geen tijdige controleerbare gegevens worden opgeleverd. Het heeft veel extra capaciteit gevergd om toch een accountantsverklaring te krijgen. Dit werd vooral veroorzaakt door de uitbreiding van het Sociale Domein met de 3D Operatie.

Daarnaast heeft een omvangrijke vernieuwing plaatsgevonden van de gemeentelijke boekhoudvoorschriften, de BBV. Dit heeft ook zijn doorwerking naar de toekomst, onder meer hoe om te gaan met het rente-instrument, de toerekening van overhead en de opzet van Grondexploitaties. Het doel is om de onderliggende vergelijkbaarheid tussen gemeenten te vergroten.

Tenslotte is de vennootschapsbelasting voor gemeenten ingevoerd in 2016. Naast de inrichting van de administratie, heeft dit geen grote financiële gevolgen voor Papendrecht. In 2017 vindt de eerste aangifte plaats.

 

Juridische kwaliteitszorg

Klachten

In 2016 zijn in totaal 34 klachten bij de gemeente ingeboekt (ten opzichte van 35 in 2015, 41 in 2014 en 61 klachten in 2013). De klachtencoördinator gebruikt mediationvaardigheden waardoor de informele afhandeling van klachten is toegenomen, gericht op het daadwerkelijk oplossen van problemen. Zodra het bestuursorgaan naar tevredenheid van de klager aan diens klacht tegemoet is gekomen, vervalt de verplichting tot het verder toepassen van de formele klachtenprocedure (artikel 9:5 Awb).

 

Bezwaarschriften

In 2015 is - mede in het licht van landelijke ontwikkelingen - onderzocht welke maatregelen er toe kunnen leiden dat het proces voor de behandeling van bezwaarschriften efficiënter, kwalitatief beter en sneller kan verlopen. Essentiële onderdelen van het verbeterde proces vormen naast de externe bezwarencommissie het instellen van een ambtelijke hoorcommissie voor eenvoudige zaken en het mandateren van de bevoegdheid tot het beslissen op bezwaarschriften - in nader omschreven gevallen - aan de gemeentesecretaris. In 2016 is voor het eerst volgens deze nieuwe methode gewerkt. Deze nieuwe methode heeft tot een versnelling in het proces geleid.
Ook bij bezwaarschriften wordt succesvol gebruik gemaakt van mediationvaardigheden.

 

Wob-verzoeken

In 2016 zijn 31 Wob-verzoeken door de gemeente ontvangen (ten opzichte van 22 in 2015 en 44 in 2014). Wel is nog altijd een verdergaande juridisering van de Wob-verzoeken te zien. Bij 11 ingediende verzoeken is het vermoeden van misbruik van recht aanwezig met het doel een financieel voordeel te halen. In acht gevallen is een verzoek per e-mail ingediend, in drie gevallen hebben aanvragers opnieuw een verzoek per gewone post ingediend (na de mededeling dat de elektronische weg voor het indienen van Wob-verzoeken is afgesloten). Er is geen dwangsom verbeurd, omdat niet aan alle voorwaarden daarvoor was voldaan.

8. Interbestuurlijk toezicht